ECLI:NL:RBSHE:2007:BA3857

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
25 april 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
157903 - KG ZA 07-239
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.F.M. Strijbos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toezegging wildcard voor deelname aan het Topics-IDL 2007 darttoernooi

In deze zaak vorderden de eisers, bestaande uit Michael Thomas Johannes Theodorus van Gerwen, Mervyn James King, Jelle Klaasen en Vincent van der Voort, een kort geding tegen Maximum Score B.V. en Schoofs Management & Events B.V. inzake hun deelname aan het Topics-IDL 2007 darttoernooi. De eisers stelden dat zij een toezegging hadden ontvangen voor deelname aan het toernooi in de vorm van een wildcard, maar dat deze was ingetrokken, waardoor zij zich moesten kwalificeren via een voorronde. Dit zou hen aanzienlijke schade toebrengen, zowel financieel als in hun sponsorcontracten.

De gedaagden betwistten de ontvankelijkheid van de eisers en stelden dat er geen rechtsgeldige overeenkomst was gesloten voor deelname aan het toernooi. De voorzieningenrechter oordeelde dat de eisers niet rechtens afdwingbaar konden worden toegelaten tot het hoofdtoernooi, omdat de toezegging van de wildcard niet als een bindende overeenkomst kon worden beschouwd. De rechter concludeerde dat de eisers weliswaar teleurgesteld waren over de wijziging in de deelnamevoorwaarden, maar dat dit niet gelijkstond aan wanprestatie van de zijde van de gedaagden.

Uiteindelijk wees de voorzieningenrechter de vorderingen van de eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan op 25 april 2007 door mr. J.F.M. Strijbos.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 157903 / KG ZA 07-239
Vonnis in kort geding van 25 april 2007
in de zaak van
1. MICHAEL THOMAS JOHANNES THEODORUS VAN GERWEN,
wonende te Boxtel,
2. MERVYN JAMES KING,
wonende te Great Yormouth, Norfolk, Engeland,
3. JELLE KLAASEN,
wonende te Breda,
4. VINCENT VAN DER VOORT,
wonende te Purmerend,
eisers,
procureur mr. J.C. Gillesse,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MAXIMUM SCORE B.V.,
gevestigd te Bladel,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SCHOOFS MANAGEMENT & EVENTS B.V.,
gevestigd te Bladel,
advocaat mr. R.N.E. Visser te Amsterdam.
in welke zaak heeft verzocht zich te mogen voegen aan de zijde van gedaagden:
de rechtspersoon naar Engels recht
BRITISH DARTS ORGANISATION ENTERPRISES LTD,
gevestigd te Londen, Engeland,
gevoegde partij
procureur mr J.E. Lenglet,
advocaat mr. W.E. Pors Haag.
Partijen zullen hierna Van Gerwen c.s. en Maximum Score B.V. c.s. genoemd worden.
Waar nodig zullen eisers afzonderlijk Van Gerwen, King, Klaasen en Van der Voort c.q. gedaagden afzonderlijk Maximum Score B.V. en Schoofs genoemd worden.
Gevoegde partij zal worden aangeduid als BDO.
1. De procedure
1.1. Van Gerwen c.s. hebben in kort geding gesteld en gevorderd zoals hierna verkort is weergeven. Tegen de aanvankelijk medegedaagde partij, SBS Broadcasting BV (verder te noemen: SBS), hebben zij de vordering vóór de behandeling ingetrokken.
1.2. De BDO heeft bij incidentele conclusie tot voeging voorafgaand aan de terechtzitting verzocht zich in dit kort geding te mogen voegen aan de zijde van Maximum Score B.V. c.s..
1.3. Van Gerwen c.s. en Maximun Score B.V. c.s. zijn ter terechtzitting in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het verzoek van de BDO tot voeging. Zij hebben ingestemd met de voeging en de voorzieningenrechter heeft mondeling in het incident uitspraak gedaan en de voeging toegestaan.
1.4. De procureur van Van Gerwen c.s. heeft vervolgens de vordering ter terechtzitting toegelicht, mede aan de hand van de door hem overgelegde pleitnotities met producties.
1.5. De procureur van Maximum Score c.s. heeft verweer gevoerd, mede aan de hand van de door hem overgelegde pleitnotities met producties.
1.6. De advocaat van de BDO heeft met aanvullend verweer de vordering eveneens bestreden.
1.7. Na gevoerd debat hebben partijen vonnis gevraagd.
2. De feiten
2.1. De BDO is een in 1973 voor de dartsport opgerichte bond en tot haar taak behoort onder meer de controle van dartsevenementen. In 1993 hebben 16 dartsspelers zich van BDO afgesplitst en een eigen dartsbond opgericht, de Professional Darts Corporatin (verder te noemen: PDC).
2.2. Maximum Score B.V. is een onderneming die zich bezighoudt met het organiseren van sportevenementen in het algemeen en in het bijzonder verband houdende met de dartsport.
2.3. Schoofs is een onderneming die zich bezighoudt met het organiseren van evenementen en het voeren van management ten behoeve van organisators van evenementen.
2.4. Op 14 augustus 2006 hebben de BDO, SBS en Maximum Score B.V. een overeenkomst gesloten, waarin de verdeling tussen de BDO en PDC-dartspelers wordt vastgelegd voor deelname aan de door de BDO erkende toernooien, zoals het Topics-IDL 2007 (verder te noemen: TIDL) en de World Darts Trophy (verder te noemen: WDT) voor de periode 2006 tot en met 2010. Afhankelijk van de positie van Raymond van Barneveld op de PDC-ranglijst, mogen ingevolge deze overeenkomst minimaal 27 en maximaal 28 BDO-dartspelers meedoen, en minimaal vier en maximaal 5 PDC-dartspelers.
2.5. Eind 2006 respectievelijk begin 2007 hebben Van Gerwen c.s. met SBS besprekingen gevoerd over deelname aan een drietal op televisie uit te zenden darttoernooien, waaronder het TIDL.
2.6. Begin 2007 zijn Van Gerwen c.s. overgestapt van de BDO naar de PDC.
2.7. Op 15 maart 2007 heeft Schoofs op 15 maart 2007 op haar website bekend gemaakt dat Van Gerwen c.s. voor deelname aan het TIDL voor het jaar 2007 een zogenaamde wildcard krijgen.
2.8. Per e-mailbericht van 16 maart 2007 heeft Maximum Score B.V. Van Gerwen c.s. ieder afzonderlijk verzocht haar te informeren of zij aan het TIDL willen deelnemen.
2.9. Hierna heeft Schoofs aan Van Gerwen c.s. een “Participation agreement Topic International Darts League 2007” (verder te noemen: participation agreements) en “Rules & Format – Topic IDL 2007” toegezonden.
2.10. Op 13 april 2007 hebben de BDO, SBS, Maximum Score B.V. een overeenkomst gesloten, waarin een nieuwe verdeling tussen BDO en PDC-spelers wordt vastgelegd voor het TIDL en de WDT. Daarbij is overeengekomen dat aan deze toernooien van zowel de BDO als de PDC ieder 28 dartspelers deel kunnen nemen.
2.11. Vervolgens heeft Schoofs op diezelfde dag op haar website bekend gemaakt dat deze overeenkomst tot gevolg heeft dat onder andere Van Gerwen c.s. een voorronde moeten spelen om zich te kunnen plaatsen voor het hoofdtoernooi van het TIDL.
2.12. In de thans voorziene opzet nemen aan het TIDL zowel van de BDO als van de PDC 28 dartspelers deel. Van ieder van de beide bonden spelen 16 dartspelers in de voorronde om in totaal acht plaatsen voor het hoofdtoernooi. De 16 dartspelers van de BDO staan op de posities 13 tot en met 28 van de BDO-ranglijst. Van de 16 PDC-dartspelers staan vier dartspelers op de posities 13 tot en met 28 van de PDC-ranglijst en acht dartspelers hebben zich in Engeland te Birmingham voor het TIDL gekwalificeerd. Van Gerwen c.s. kunnen met wildcards aan de voorronde deelnemen. Voor directe deelname aan het hoofdtoernooi komen in aanmerking de 12 hoogst gerangschikte dartsspelers bij de BDO respectievelijk de PDC.
De voorronde en hoofdtoernooi vinden plaats op 4 respectievelijk 5 tot en met 13 mei 2007 te Nijmegen. Alleen het hoofdtoernooi zal door SBS op televisie worden uitgezonden.
3. Het geschil
3.1. Van Gerwen c.s. vorderen - samengevat - na wijziging van eis Maximum Score B.V. c.s.:
Primair:
hoofdelijk te bevelen c.q. te gelasten tot het rechtstreeks toelaten van Van Gerwen c.s. tot het hoofdtoernooi van het TIDL, op straffe van verbeurt van een dwangsom;
Subsidiair:
Maximum Score B.V. c.s. hoofdelijk te veroordelen tot het stellen van zekerheid door middel van het afgeven van een bankgarantie, ten behoeve van ieder van eisers voor een bedrag van € 60.000,--.
3.2. Van Gerwen c.s. leggen hieraan het volgende ten grondslag.
Van Gerwen c.s. hebben met Maximum Score B.V. c.s. een overeenkomst gesloten, inhoudende dat zij mogen deelnemen aan het TIDL. Conform die overeenkomst zijn zij voor het TIDL uitgenodigd en hebben zij voor hun deelname een wildcard ontvangen.
Op 13 april 2007 hebben Van Gerwen c.s. vernomen dat hun wildcard is ingetrokken en dat zij zich door middel van een poule-systeem moeten kwalificeren om aan het hoofdtoernooi van het TIDL deel te kunnen nemen. Daarmee is sprake van wanprestatie van de zijde van Maximum Score B.V. c.s. jegens Van Gerwen c.s.
Indien Van Gerwen c.s. niet tot het hoofdtoernooi van het TIDL worden toegelaten c.q. zij zich daarvoor niet plaatsen, zal dit zeer negatieve gevolgen hebben voor hun contractsbesprekingen met hun sponsor De Keukenconcurrent. Daarbij nemen zij in aanmerking dat de door deze sponsor genoemde sponsorbedragen zijn gebaseerd op drie à vier maal televisie-exposure. Van Gerwen c.s. zullen daardoor naar schatting € 25.000,-- per persoon schade lijden. Verder zal missen van hoofdtoernooi van het TIDL voor Van Gerwen c.s. tot gevolg hebben dat zij per persoon ongeveer vijftien publieke demonstraties minder zullen verzorgen, hetgeen voor hun een schade oplevert variërend van € 43.125,-- (exclusief BTW) tot minimaal € 45.000,-- (exclusief BTW) per persoon.
3.3. Het verweer van Maximum Score B.V. c.s. komt - zakelijk weergegeven - op het volgende neer.
1. zij betwisten dat Van Gerwen c.s in hun vordering, voor zover gericht tegen Schoofs, ontvankelijk zijn;
2. doordat Van Gerwen c.s., met uitzondering van King, niet dan wel niet tijdig de aan hen toegezonden participation agreements ondertekend retour hebben gezonden is met hen geen overeenkomst tot stand gekomen, inhoudende dat zij aan het toernooi mogen deelnemen;
3. zij betwisten dat Van Gerwen c.s. een belang bij hun vordering hebben, nu zij van de wildcards gebruik kunnen maken en aan het TIDL kunnen deelnemen;
4. hun belang bij nakoming van hun verplichtingen jegens de BDO, SBS, de PDC, alle andere deelnemers aan het TIDL en een groot aantal andere partijen, hoofdzakelijk sponsors, dient zwaarder te wegen dan het belang van Van Gerwen c.s. bij directe plaatsing op het hoofdtoernooi van het TIDL;
5. zij betwisten dat Van Gerwen c.s. schade lijden respectievelijk zullen lijden;
6. zij stellen dat de hoogte van de dwangsom disproportioneel is.
3.4. Het aanvullende verweer van de BDO komt - zakelijke weergegeven - er op neer dat het belang van Van Gerwen c.s. louter een financieel belang is, dat minder zwaar dient te wegen dan het belang van de voor het hoofdtoernooi van het TIDL naar rangschikking van prestaties geplaatste dartsspelers van de BDO en het PDC. Dit financiële belang kan, voor zover dat al nodig zal zijn, op andere wijze dan wijziging van de opzet van het TIDL worden behartigd.
4. De beoordeling
4.1. Deelname aan een door de bonden erkend toernooi als het TIDL is pas toegestaan indien de deelnemer over een door de bond bepaald aantal “punten” beschikt. Punten worden verdiend door de prestaties van die deelnemer op andere toernooien. Op grond van de behaalde punten wordt door de betrokken bond een “ranking” opgemaakt.
4.2. Door de overstap van Van Gerwen c.s. van de BDO naar de PDC verloren zij hun “ranking” bij de BDO, terwijl ze bij de PDC nog geen ranking hadden kunnen opbouwen. Dat zou voor hen dus betekenen dat zij voorlopig niet aan een toernooi als het TIDL zouden kunnen deelnemen. Voor hun commerciële positie zou dat funest zijn omdat zij dan geen TV-aandacht zouden hebben, die bij een dergelijk belangrijk toernooi gebruikelijk is. Zij hebben daarom kennelijk gevraagd om toestemming aan Maximum Score B.V. c.s. (indirect via SBS?) om toch te mogen spelen op het TIDL. Die toestemming hebben zij gekregen, in de vorm van een “wildcard”.
4.2.1. De precieze inhoud van de toezegging - indien al gedaan door Maximum Score B.V. c.s. - van de toekenning van de wildcard is slechts kenbaar uit de mededeling op de website van Maximum Score B.V. c.s. Er zijn geen door beide partijen ondertekende akten waarin die toezegging is neergelegd. Er bestaat zelfs geschil over de vraag of er wel sprake is van een rechtens afdwingbare status van die toezegging, nu die volgens Maximum Score B.V. c.s. is te beschouwen als een aanbod, terwijl dat aanbod niet is aanvaard. Voor de beoordeling van de onderhavige zaak is deze kwestie als zodanig niet van belang omdat vaststaat dat Van Gerwen c.s. nog steeds welkom zijn op het TIDL en de voorzieningenrechter er veronderstellenderwijs vanuit zal gaan dat die toezegging onherroepelijk is gedaan en dat Van Gerwen c.s. op naleving daarvan aanspraak kunnen maken.
4.3 Door het nadere contact met de bonden en de daaruit gevolgde nadere overeenkomst van 13 april 2007 zijn de regels voor het toernooi enigszins gewijzigd. (Zie hiervoor RO 2.12). De kansen voor deelname van de PDC-leden, waaronder dus ook Van Gerwen c.s., aan het TIDL werden aanmerkelijk vergroot en als overgangsmaatregel werd er, om in het gebrek aan voldoende deelnemers met voldoende ranking, waaronder dus ook Van Gerwen c.s., te voorzien voor het jaar 2007 een voorronde ingevoerd om daarin voor deelname aan het hoofdtoernooi voldoende kwalificatie te kunnen vergaren.
4.3.1. Concreet betekent het voor Van Gerwen c.s. dat zij niet rechtstreeks in het hoofdtoernooi met de daarbij gebruikelijke TV-aandacht, worden geplaatst, maar dat zij dus eerst de voorronde (zonder TV-aandacht) moeten spelen, met het risico dat zij in die voorronde – in weerwil van hun grote capaciteiten - worden uitgeschakeld en dus in dat geval niet aan het hoofdtoernooi kunnen deelnemen. Dat betekent op zich dat zij er in positie ten opzichte van de toestand van vóór 13 april 2007 op achteruit gaan en het is begrijpelijk dat zij die gang van zaken als teleurstellend ervaren.
4.3.2. Maar dat betekent niet dat die achteruitgang zodanig is dat er aan de zijde van Maximum Score B.V. c.s. gesproken kan worden van wanprestatie. Bedoeling van de toekenning van de wildcards was dat Van Gerwen c.s. konden deelnemen aan het TIDL, ondanks het feit dat zij voor deelname helemaal niet in aanmerking kwamen. In de nieuwe situatie is die bedoeling nog steeds gehonoreerd; Van Gerwen c.s. kunnen deelnemen, zij het dat zij zich voor deelname aan het (op televisie uit te zenden hoofdtoernooi) door de voorronde dienen te gooien. De kans dat zij daarin niet slagen moet gering worden geacht; uiteraard is die kans niet nihil, maar blijft hoe dan ook gering.
4.4. Het is zelfs zo dat het niet aannemelijk is dat het toekennen van de wildcard door Maximum Score B.V. c.s. een verdere strekking had dan het mogelijk maken van deelname door Van Gerwen c.s. aan het TIDL en dat dat toekennen uitsloot dat er, indien er door latere ontwikkelingen een wijziging van de toenooi-opzet noodzakelijk zou worden, de deelnamemogelijkheden van Van Gerwen c.s. geen enkele beperking zou kunnen worden aangebracht. Eerder lijkt het aannemelijk dat de toezegging zijdens Maximum Score B.V. c.s. inhield dat er zeker wijzigingen zouden kunnen worden aangebracht, zoals dat voor alle deelnemers geldt, als zij maar de mogelijkheid zouden hebben aan het TIDL deel te nemen. Het afhankelijk maken van die mogelijkheid van de prestaties van de betrokkenen in de voorronde, maakt dat niet wezenlijk anders.
4.5. Het bovenstaande moet bovendien gezien worden in het licht van de ontwikkelingen, zoals die met name ook bij de bonden hebben plaatsgevonden. Als lid van de PDC kunnen Van Gerwen c.s. zich daarvan niet geheel afzijdig houden. Wil het TIDL zijn plaats als officieel toernooi kunnen behouden (iets dat zeker ook in het belang van Van Gerwen c.s. is) dan zal Maximum Score B.V. c.s. aan de voorwaarden van de bonden moeten voldoen. Dat Maximum Score B.V. c.s. dat doet, kunnen zij Maximum Score B.V. c.s. niet verwijten; de eisen van redelijkheid en billijkheid, die krachtens de wet de relatie tussen Maximum Score B.V. c.s. enerzijds en Van Gerwen c.s. anderzijds beheersen, brengen mee dat zij zich samen met Maximum Score B.V. c.s. aan de nieuwe situatie aanpassen.
4.6. Het bovenstaande betekent dat er reeds hierom geen plaats is voor de onder 1 gevorderde voorziening, die inhoudt dat Maximum Score B.V. c.s. Van Gerwen c.s. – in strijd met de op 13 april 2007 gemaakt afspraken – rechtstreeks toelaat tot het hoofdtoernooi.
4.7. Met betrekking tot de onder 2 gevorderde voorziening, bestaande uit het gebod aan Maximum Score B.V. c.s. om zekerheid te verschaffen voor de heel misschien voor
Van Gerwen c.s. te ontstane schade, geldt dat die reeds niet kan toegewezen wegens het feit dat dat in strijd zou komen met het gesloten wettelijk systeem van dwangmiddelen en middelen tot bewaring van recht (HR 14 december 2001, NJ 2002, 45).
4.8. Van Gerwen c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Maximum Score B.V. c.s. worden begroot op EUR 1.067,00 en aan de zijde van de BDO op EUR 500,00.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. wijst de vorderingen af,
5.2. veroordeelt Van Gerwen c.s. in de proceskosten, aan de zijde van Maximum Score B.V. c.s. tot op heden begroot op EUR 1.067,00, waarvan EUR 251,00 vast recht en
EUR 816,00 salaris procureur, en aan de zijde van de BDO tot op heden begroot op
EUR 500,00,
5.3. verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.F.M. Strijbos en in het openbaar uitgesproken op 25 april 2007.