Parketnummer: 09/758248-08
Datum uitspraak: 4 april 2011
De rechtbank 's-Gravenhage heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] in 1958,
adres: [adres].
1. Het onderzoek ter terechtzitting
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 26 oktober 2010 en 21 maart 2011.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. M.A. van der Laan en van hetgeen door de raadsvrouw van verdachte mr. N. Harlequin, advocaat te 's-Gravenhage, en door de verdachte naar voren is gebracht.
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op één of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode op of omstreeks 14 juli 2008 tot en met 16 juli 2008 en/of op 30 september 2008 te 's-Gravenhage, in elk geval in Nederland, één of meermalen een (groot aantal) (in ieder geval 82 of daaromtrent) afbeelding(en) en/of (een) gegevensdrager(s), bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten één of meer computers en/of (een) harddisk(s), (telkens) heeft verspreid en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit (onder meer)
- het (meermaals) vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis) door een volwassen man (onder meer: "[afbeelding 1]) en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose van die/de perso(o)n(en) (nadrukkelijk) de (onblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (onder meer "[afbeelding 2]" en/of "[afbeelding 3]" en/of [afbeelding 4] en/of [afbeelding 5] en/of [afbeelding 6] en/of [afbeelding 7]);
3.1 Het standpunt van de officier van justitie
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het in bezit hebben van kinderpornografie, waarbij op de afbeeldingen en/of gegevensdragers personen staan die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt.
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank wettig en overtuigend bewezen zal verklaren dat verdachte dit feit heeft begaan.(1)
3.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft - zoals verwoord in haar pleitnotitie(2) - vrijspraak van het ten laste gelegde bepleit wegens het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs.
Verdachte heeft ontkend dat hij bewust heeft gezocht naar kinderpornografisch materiaal en dit vervolgens opzettelijk heeft gedownload. Verdachte heeft voorts verklaard niet te hebben geweten dat zich kinderporno op zijn laptop of harddisk bevond. De raadsvrouw heeft aangevoerd dat - gelet op het feit dat de laptop een showmodel betrof - niet kan worden uitgesloten dat de bestanden al op de harde schijf van de laptop stonden toen verdachte de laptop bij Dynabyte kocht. Evenmin kan worden uitgesloten dat de kinderporno op de laptop terecht is gekomen, nadat verdachte de niet goed functionerende laptop ter reparatie naar de winkel had teruggebracht. De raadsvrouw heeft er in dit verband op gewezen dat de laptop door de winkel aan de fabrikant van Toshiba is gestuurd en deze na reparatie en vervanging van het moederbord eerst nog lange tijd in de Dynabyte-winkel heeft gestaan, voordat de medewerker van Dynabyte de kinderpornografische bestanden aantrof. Het is voorts niet zeker of de in het proces-verbaal genoemde datum en tijdstippen waarop de bestanden op de laptop zouden zijn gezet juist zijn, aldus de raadsvrouw.
Subsidiair, mocht de rechtbank de raadsvrouw niet volgen in haar opvatting dat verdachte moet worden vrijgesproken van het hem ten laste gelegde, heeft de raadsvrouw verzocht nader onderzoek te laten doen naar de route van de laptop en de harde schijf en in dit kader de medewerkers van Dynabyte als getuigen te horen.
Voorts heeft de raadsvrouw subsidiair verzocht de verbalisanten [verbalisanten 1, 2 en 3] als getuigen te horen over het tactisch onderzoek en het proces-verbaal van doorzoeking aan het dossier toe te voegen. Tot slot heeft de raadsvrouw aangevoerd dat verdachte tijdens zijn verhoor in de veronderstelling verkeerde dat de vragen van de politie betrekking hadden op zijn andere laptop of op zijn gewone computer en dat zijn vorige raadsvrouw hier meer over kan vertellen zodat de verdediging ook om haar oproeping verzoekt.
Meer subsidiair heeft de raadsvrouw betoogd dat, mocht de rechtbank tot een bewezenverklaring komen, zij de hoeveelheid afbeeldingen betwist, nu er drie dubbeltellingen zijn. Tevens heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat niet bewezen kan worden dat verdachte de afbeeldingen in de unallocated clusters in bezit had. Zo is niet vastgesteld dat verdachte over specifieke software beschikte die de afbeeldingen in de unallocated clusters zichtbaar had kunnen maken.
3.3 De beoordeling van de tenlastelegging
De rechtbank ziet allereerst aanleiding in te gaan op de subsidiaire verzoeken van de verdediging.
De verdediging heeft verzocht om nader onderzoek bij Dynabyte naar de route van en het onderzoek aan de laptop. De raadsvrouw heeft haar verzoek eerder gedaan ter terechtzitting van 26 oktober 2010. De rechtbank heeft het verzoek toen afgewezen omdat de noodzaak daartoe niet was gebleken. Ter terechtzitting van 21 maart 2011 heeft de raadsvrouw geen nadere onderbouwing gegeven waarom het verzoek nu wel zou moeten worden toegewezen dan wel welke vragen nu nog kunnen worden gesteld bij Dynabyte en Toshiba. De rechtbank ziet derhalve geen reden om terug te komen op haar eerder oordeel en handhaaft haar beslissing het verzoek af te wijzen nu de noodzaak daartoe ook thans niet is gebleken. Eenzelfde oordeel geldt ten aanzien van het horen van de verbalisanten [verbalisanten 1, 2 en 3]. Ter terechtzitting van zowel 26 oktober 2010 als 21 maart 2011 heeft de verdediging vragen kunnen stellen aan de bij het onderzoek betrokken verbalisanten [verbalisanten 4 en 5]. De raadsvrouw heeft onvoldoende kunnen onderbouwen waaruit de vermeende onduidelijkheden bij het politieonderzoek zouden bestaan en waarover de overige verbalisanten gehoord zouden moeten worden, zodat het verzoek bij gebrek aan noodzaak wordt afgewezen.
Tenslotte heeft de raadsvrouw verzocht om heropening van het onderzoek teneinde de voormalige raadsvrouw van verdachte te horen omtrent hetgeen de politie aan verdachte heeft medegedeeld tijdens zijn eerste politieverhoren. Dit verzoek wordt evenals het verzoek tot voeging aan het dossier van het proces-verbaal van inbeslagneming afgewezen nu toewijzing van de verzoeken niet geacht kan worden van invloed te zijn op enige vraag gesteld in de artikelen 348 en 350 wetboek van Strafvordering.
Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting leidt de rechtbank het volgende af.(3)
Op 7 september 2008 kregen verbalisanten een verzoek naar de computershop Dynabyte te gaan, omdat een medewerker kinderpornografisch materiaal had aangetroffen op een Toshiba laptop. De laptop was op 14 juli 2008 gekocht door verdachte en op 16 juli 2008 weer teruggebracht met de mededeling dat er problemen waren bij het opstarten.(4) Verdachte heeft verklaard dat hij de laptop op 14 juli 2008 vlak voor vijf uur had gekocht en dat hij deze korte tijd daarna thuis had uitgeprobeerd.(5)
Getuige [naam getuige], de werknemer van Dynabyte, heeft verklaard dat hij toen hij de fabrieksinstellingen nakeek, zag dat het download programma Lime Wire op de laptop was geïnstalleerd. Hij verklaarde dat Dynabyte nooit een computer verkoopt waar Lime Wire op geïnstalleerd staat. Voorts heeft de getuige verklaard dat hij in de geschiedenis van Firefox zag dat er naar kinderporno gezocht was en dat in Lime Wire drie bestanden, waarvan de naam mogelijk duidde op kinderporno, waren gedownload.(6) Verdachte heeft bij de politie verklaard dat hij denkt dat hij Lime Wire op de laptop had gezet.(7) Ter terechtzitting heeft hij aangegeven dat hij niet meer weet of hij Lime Wire op de teruggebrachte laptop heeft gezet, dat hij Lime Wire wel op zijn desktop thuis had staan en dat hij dit programma in ieder geval niet op zijn andere - vervangende - laptop heeft gezet.(8)
De harde schijf van de laptop is in beslag genomen.(9) Onderzoek aan de Toshiba laptop (serienummer [Nr.]) heeft uitgewezen dat het programma Lime Wire Plus op 14 juli 2008 om 19.00 uur is geïnstalleerd. De drie in Lime Wire Saved aangetroffen bestanden, twee afbeeldingen en een filmfragment, zijn tussen 19.05 uur en 19.15 uur opgeslagen.(10) Eén van de afbeeldingen en het filmfragment kunnen worden aangemerkt als kinderpornografisch materiaal.(11) Dit zijn de afbeelding met de naam: [afbeelding 3], en de film met de naam: [afbeelding 1].(12)
In de Toshiba laptop zijn in de Temporary internet files van Internet Explorer en in de Cache van Firefox diverse bestanden aangetroffen die mogelijk kinderporno bevatten.(13) Analyse van deze bestanden heeft uitgewezen dat 66 van deze afbeeldingen kinderpornografisch zijn.(14) Ter terechtzitting heeft de getuige-deskundige [verbalisant 5] verklaard dat de in het dossier omschreven kinderpornografische afbeeldingen met de naam [afbeelding 4](15) en [afbeelding 5](16) afkomstig zijn uit de Temporary internet files en uit de Cache van Firefox.(17) Van de kinderporno die is aangetroffen in de Temporary internet files van Internet Explorer is achterhaald van welke site dit is gedownload en op welk tijdstip. Hieruit volgt dat op 14 juli 2008 op verschillende tijdstippen tussen 18:27 uur en 18:52 uur bestanden zijn gedownload van onder andere de internetsites: [website 1] en [website 2].(18) Tevens bleek uit de internethistorie van de laptop dat veelvuldig is gezocht naar sites met de woorden: pretty-youngs, preteen, teen, girls, nude-teens, kids, models, littleladies, little models.(19)
Uit de woning van verdachte te 's-Gravenhage is op 30 september 2008 een externe harde schijf (type Freecom) in beslag genomen.(20) Op deze externe harde schijf is een afbeelding met de naam [afbeelding 2] aangetroffen die als kinderpornografisch is geclassificeerd.(21) De locatie op de gegevensdrager waar dit bestand is aangetroffen, is genaamd: [naam locatie].(22) Verdachte heeft verklaard dat de externe harde schijf zijn eigendom is(23) en dat '[een term]' wel een term moet zijn die hij zelf gebruikt(24).
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij bovengenoemde zoektermen als pretty-youngs, preteen, nude-teens ed. heeft gebruikt om onderzoek te doen voor een internetsite en -forum 'politiek debat', omdat er in de media ophef was over kindmodellen in Amerika.(25) Deze verklaring acht de rechtbank ongeloofwaardig. Ten eerste gelet op enkele van de titels van de door verdachte bezochte websites ([website 1] en [website 2]) die aan duidelijkheid van het kinderpornografische karakter daarvan niets te wensen overlaten. Ten tweede heeft verdachte over zijn reden tot gebruik van deze zoektermen wisselend verklaard. Verdachte heeft aanvankelijk bij de politie verklaard dat hij deze zoektermen, zoals aangetroffen op de teruggebrachte laptop, aanwendde voor het zoeken naar gewone pornografie.(26) Verdachte heeft pas bij de reclassering en ter terechtzitting een andere verklaring voor deze zoektermen gegeven. Daar komt bij dat verdachte ter terechtzitting tevens - tegenstrijdig - heeft verklaard niet op internet te zijn geweest met de teruggebrachte laptop.(27) Ten derde doet afbreuk aan zijn geloofwaardigheid dat verdachte desgevraagd niets kan tonen waaruit blijkt dat hij inderdaad een artikel hierover in de betreffende periode heeft gepost. Tot slot acht de rechtbank een aantal van de door verdachte gehanteerde zoektermen bezwaarlijk passen bij een artikel over kindmodellen.
Wat betreft het verweer van de raadsvrouw dat niet met zekerheid kan worden vastgesteld op welke datum en tijdstippen de bestanden op de laptop zijn gezet en daarom niet uitgesloten is dat iemand anders dit heeft gedaan, overweegt de rechtbank als volgt.
Vast staat dat verdachte de laptop op 14 juli 2008 in zijn bezit had. Uit de Temporary internet files blijkt dat er juist op die datum (en juist op of rond het moment - na sluitingstijd van de winkel - dat verdachte volgens eigen zeggen deze uitprobeerde) internetsites zijn bezocht, die blijkens de in die links voorkomende woorden, zoals incestportal, verwijzen naar kinderpornografie. Uit de internethistorie van de laptop volgt verder dat is gezocht met bepaalde zoektermen die duiden op een relatie met kinderporno, zoals pretty-youngs, preteen en little models. Verdachte heeft verklaard deze zoektermen te hebben gebruikt. Bovendien is op 14 juli 2008 het programma Lime Wire Plus geïnstalleerd (dat is niet een logische stap voor bijvoorbeeld iemand die in de winkel de laptop uitprobeert) en zijn hiermee kinderpornografische bestanden gedownload. Ook de in de titels van deze bestanden voorkomende woorden, zoals Pedofilia, duiden op kinderpornografie. In dit verband speelt tevens mee dat verdachte heeft aangegeven dat hij wel bekend is met het programma Lime Wire en dit ook geïnstalleerd had op zijn desktop thuis.(28) Tot slot overweegt de rechtbank dat het bepaald onlogisch voorkomt dat een demonstratie-laptop een systeemtijd en -datum zal vertonen die aanmerkelijk afwijkt van de werkelijke tijd, in aanmerking genomen dat wil - in de visie van verdachte - daar in de winkel die laptop dan op internet moet zijn aangesloten geweest, terwijl - zoals de deskundige Tillekens ter terechtzitting heeft verklaard - doorgaans de systeemtijd door Windows met de internettijd gelijk wordt gezet.
Dit alles tezamen leidt, mede gelet op het feit dat op de externe harde schijf van verdachte in een privémap eveneens een kinderpornografische afbeelding is aangetroffen, tot het oordeel dat verdachte degene is geweest die actief op zoek is geweest naar kinderporno en dit ook opzettelijk heeft opgeslagen. Uit voornoemde wijze van zoeken volgt dat verdachte - als al niet gezegd kan worden dat verdachte opzet had op het binnenhalen van kinderporno - in ieder geval willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat er kinderpornografisch materiaal in zijn bezit kwam. Dit geldt temeer nu verdachte zoals blijkt uit zijn bij de politie afgelegde verklaring één à twee keer op kinderpornosites terecht is gekomen en dat hij wist dat er met downloaden via Lime Wire ook wel eens 'foute dingen' meekwamen.(29)
De rechtbank is derhalve van oordeel dat de inhoud van het dossier ook voor het overige geen aanleiding biedt om aan te nemen dat iemand anders dan verdachte de bestanden op de laptop heeft gezet en dat dit op een ander tijdstip dan 14 juli 2008 heeft plaatsgevonden.
Op grond van het bovenstaande - in onderlinge samenhang bezien - acht de rechtbank het ten laste gelegde feit voor zover het de via Lime Wire gedownloade bestanden betreft, wettig en overtuigend bewezen. Hetzelfde heeft te gelden voor de in de Temporary internetfiles en Cache van Firefox aangetroffen kinderpornografische bestanden. Door gericht naar kinderpornografische sites te zoeken en sites te bezoeken met veelzeggende namen als [website 1] en [website 2] heeft verdachte bewust de aanmerkelijke kans voor lief genomen dat afbeeldingen op dergelijke sites op zijn laptop zouden worden bewaard en geen voorzorgen getroffen om deze weer te verwijderen.
Anders dan de officier van justitie, is de rechtbank evenwel van oordeel dat verdachte moet worden vrijgesproken van het in bezit hebben van de in de unallocated clusters aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen. In dit geval zijn de afbeeldingen zoals aangetroffen enkel met speciale software te benaderen. Niet is komen vast te staan dat verdachte over deze speciale software heeft beschikt. Voorts kan uit voornoemde processen-verbaal niet worden afgeleid wanneer en hoe lang de in de unallocated clusters aangetroffen afbeeldingen wel langs reguliere weg bereikbaar op de computer van verdachte hebben gestaan. Nu verdachte de laptop slechts enkele dagen in bezit heeft gehad is geenszins uit te sluiten dat deze afbeeldingen door een andere gebruiker van de laptop daarop zijn gekomen en vervolgens verwijderd (waardoor ze tot unallocated cluster verwerden) zonder dat verdachte daarvan op de hoogte was. Derhalve kan niet worden gezegd dat verdachte over deze bestanden heeft kunnen beschikken.
3.4 De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen - zulks met verbetering van eventueel in de tenlastelegging voorkomende type- of taalfouten - de inhoud van de tenlastelegging, zoals hieronder weergegeven, te weten dat:
hij op tijdstippen gelegen in de periode van 14 juli 2008 tot en met 16 juli 2008 en op 30 september 2008 te 's-Gravenhage meermalen een aantal afbeeldingen en een gegevensdrager, bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten één computer en een harddisk, telkens in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit onder meer
- het meermaals vaginaal penetreren met de penis door een volwassen man (onder meer: "[afbeelding 1]") en
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van personen die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt, waarbij door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose van die personen nadrukkelijk de onblote geslachtsdelen in beeld gebracht worden (onder meer "[afbeelding 2]" en/of "[afbeelding 3]" en/of [afbeelding 4] en/of [afbeelding 5].
4. De strafbaarheid van het feit
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Dit levert het in de beslissing genoemde strafbare feit op.
5. De strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is eveneens strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.
6.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft, op grond van hetgeen zij bewezen heeft geacht, gevorderd verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren.
6.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van de straf de rechtbank verzocht om, indien zij de feiten bewezen acht, verdachte een werkstraf op te leggen.
6.3 Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straffen en maatregel zijn in overeenstemming met de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het in bezit hebben van kinderpornografie. De rechtbank overweegt dat het bezit van kinderporno buitengewoon verwerpelijk is, met name omdat bij de vervaardiging van deze afbeeldingen kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Verdachte houdt door zijn handelen dergelijk misbruik in stand en wakkert het aan. Verdachte heeft hierbij kennelijk nimmer stilgestaan en heeft zijn eigen behoeftebevrediging voorop gesteld. Voor een effectieve bestrijding van kinderporno is het noodzakelijk om niet alleen degenen aan te pakken die kinderporno vervaardigen en verspreiden, maar zeker ook degenen die kinderporno bezitten.
De rechtbank houdt in het voordeel van verdachte rekening met de omstandigheid dat het verweten handelen al geruime tijd geleden is begaan (meer dan 2 jaren maar welk tijdsverloop echter slechts ten dele het openbaar ministerie valt te verwijten) en voorts met het feit dat verdachte blijkens een op zijn naam staand uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 21 februari 2011 niet eerder met politie en justitie in aanraking is geweest.
Gelet op hetgeen in vergelijkbare gevallen wordt opgelegd en alle feiten en omstandigheden in ogenschouw nemend, zal de rechtbank een lichtere straf opleggen dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu de rechtbank van oordeel is dat de op te leggen straf de ernst van het bewezen verklaarde voldoende tot uitdrukking brengt.
De rechtbank zal een werkstraf van na te melden duur opleggen. Tevens zal de rechtbank een gevangenisstraf in voorwaardelijke vorm opleggen, teneinde verdachte er op die wijze van te weerhouden in de toekomst opnieuw (soortgelijke) strafbare feiten te plegen.
7. De inbeslaggenomen goederen
7.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft voorts gevorderd dat het op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen (beslaglijst, die als bijlage A aan dit vonnis is gehecht) onder 1 genummerde voorwerp zal worden onttrokken aan het verkeer.
7.3 Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen uitdrukkelijk standpunt ten aanzien van het inbeslaggenomene ingenomen.
7.2 Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal het op de beslaglijst onder 1 genummerde voorwerp onttrekken aan het verkeer. Dit voorwerp is voor onttrekking aan het verkeer vatbaar, aangezien met betrekking tot dit voorwerp het bewezenverklaarde feit is begaan en dit voorwerp van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang.
8. De toepasselijke wetsartikelen
De op te leggen straffen en maatregel zijn gegrond op de artikelen:
- 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 36b, 36c en 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het bij dagvaarding ten laste gelegde feit heeft begaan en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
een afbeelding en een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de
leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar
is betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte deswege strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 100 (honderd) UREN;
beveelt, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de tijd van 50 (vijftig) DAGEN;
veroordeelt de verdachte voorts tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) MAANDEN;
bepaalt, dat die straf niet zal worden tenuitvoergelegd, zulks onder de algemene voorwaarde, dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op twee jaren vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
verklaart onttrokken aan het verkeer het op de beslaglijst onder 1 genummerde voorwerp, te weten: een externe Harddisk (FREECOM).
Dit vonnis is gewezen door
mrs. E.F. Brinkman, voorzitter,
G.M.G. Hink en A. Dantuma-Hieronymus, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. F. Verkijk, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 april 2011.
(1) Het schriftelijk requisitoir van de officier van justitie, welke aan de voorzitter is overgelegd en waarvan de inhoud aan het proces-verbaal ter terechtzitting zal worden ingelast.
(2) De pleitnotitie van de raadsvrouw van verdachte, welke aan de voorzitter is overgelegd en waarvan de inhoud aan het proces-verbaal ter terechtzitting zal worden ingelast.
(3) Wanneer hierna wordt verwezen naar doorgenummerde dossierpagina's betreft dit delen van ambtsedige processen-verbaal alsmede geschriften, als bijlagen opgenomen bij de dossiers met de nummers 15J1/2008/3319-28 (p. 1-56).
(4) Proces-verbaal van bevindingen, p. 20.
(5) Eigen verklaring verdachte, zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(6) Proces-verbaal van verhoor getuige, [naam getuige], 7 september 2008, p. 22-23.
(7) Proces-verbaal van verhoor verdachte, 12 mei 2009, p. 52.
(8) Eigen verklaring verdachte, zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(9) Proces-verbaal van bevinding, p. 20 en 21.
(10) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 24-26.
(11) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 25.
(12) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 25 en Proces-verbaal van bevindingen, p. 55.
(13) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 26.
(14) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 26 en Proces-verbaal van bevindingen, p. 55.
(15) Proces-verbaal van bevindingen, PL15J1/2008/3319-33 (ongenummerd).
(16) Proces-verbaal van bevindingen, PL15J1/2008/3319-33 (ongenummerd).
(17) Verklaring getuige-deskundige, [verbalisant 5], zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(18) Proces-verbaal van bevindingen, PL15J1/2008/3319-33 (ongenummerd) met bijlage.
(19) Proces-verbaal, Digitale Expertise, p. 26.
(20) Proces-verbaal en kennisgeving van inbeslagneming, 30 september 2008, p. 11-13.
(21) Proces-verbaal van bevindingen (multimedia), p. 48-50.
(22) Proces-verbaal Digitale Expertise, p. 33 en Bijlage B, Overzicht locatie beschreven KP, p. 47.
(23) Proces-verbaal van verhoor verdachte, 12 mei 2009, p. 51.
(24) Eigen verklaring verdachte, zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(25) Eigen verklaring verdachte, zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(26) Proces-verbaal van verhoor verdachte, 12 mei 2009, p. 52-53.
(27) Eigen verklaring verdachte, zoals gedaan ter terechtzitting van 21 maart 2011.
(28) Proces-verbaal van verhoor verdachte, 12 mei 2009, p. 52.
(29) Proces-verbaal van verhoor verdachte, 12 mei 2009, p. 52-53.