ECLI:NL:RBSGR:2009:BK6814
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Omzetbelasting en exploitatie van een privéhuis in het kader van prostitutie
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, stond de vraag centraal of de V.O.F. [X] uitsluitend kamers verhuurt aan prostituees of ook gelegenheid biedt tot seksuele omgang. De rechtbank oordeelde dat de exploitant, V.O.F. [X], een dienst verricht die onder de omzetbelasting valt. De zaak betreft een naheffingsaanslag omzetbelasting van € 15.428 voor de periode van 1 juni 2005 tot en met 30 juni 2006, opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst. De rechtbank heeft op 9 december 2009 uitspraak gedaan na een zitting op 25 november 2009, waar zowel de firmanten van eiseres als vertegenwoordigers van de Belastingdienst aanwezig waren.
De rechtbank overwoog dat de klant in wezen één dienst ontvangt, namelijk de gelegenheid tot seksuele omgang met een prostituee, en dat de verhuur van een kamer slechts een middel is om deze dienst te faciliteren. De rechtbank concludeerde dat de exploitant, V.O.F. [X], de dienst verleent en dat de prostituees geen eigen vergunning hebben, maar gebruik maken van de vergunning van de exploitant. Dit alles leidde tot de conclusie dat de exploitant omzetbelasting verschuldigd is over de totale door de klant betaalde vergoeding.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te 's-Gravenhage binnen zes weken na de verzenddatum van de uitspraak.