ECLI:NL:RBSGR:2009:BK3055
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatigheid bij voorlopige aanslag inkomstenbelasting en proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 26 augustus 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. A. van Deuzen van de vakbond ABVA KABO FNV, en de inspecteur van de Belastingdienst. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een voorlopige aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2008, die was opgelegd op basis van een verzamelinkomen van € 25.004,-. Eiseres verzocht om een proceskostenvergoeding van € 322,-, maar de Belastingdienst weigerde deze vergoeding, stellende dat eiseres geen kosten had gemaakt voor rechtsbijstand, aangezien zij enkel vakbondscontributie had betaald.
De rechtbank oordeelde dat de rechtsbijstand verleend door de advocaat van de vakbond als beroepsmatig kon worden aangemerkt en dat eiseres recht had op vergoeding van de proceskosten. De rechtbank stelde vast dat de voorlopige aanslag onrechtmatig was, omdat de Belastingdienst geen rekening had gehouden met beschikbare inkomensgegevens over eerdere jaren. De rechtbank concludeerde dat de inspecteur niet de zorgvuldigheid had betracht die van hem verwacht mocht worden, wat leidde tot de onrechtmatigheid zoals bedoeld in artikel 7:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar van 22 december 2008 en veroordeelde de Belastingdienst tot betaling van de proceskosten in de bezwaarfase en de beroepsfase, in totaal € 724,50, en het griffierecht van € 39,-. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij het opleggen van voorlopige aanslagen en de erkenning van vakbondsgestuurde rechtsbijstand als recht op vergoeding.