ECLI:NL:RBSGR:2008:BD1882
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.M. Vink
- F. Mulder
- Rechtspraak.nl
Beroep op vertrouwensbeginsel bij aanslagen gebruikersbelasting en afvalstoffenheffing voor onbewoonde woning
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage op 24 januari 2008, staat de vraag centraal of het vertrouwensbeginsel in de weg staat aan de heffing van gebruikersbelasting en afvalstoffenheffing voor een onbewoonde woning in het jaar 2004. Eiser, die sinds 2001 in Friesland woont en niet meer ingeschreven staat in de gemeente waar de woning zich bevindt, heeft in het verleden aanslagen ontvangen die door de heffingsambtenaar zijn herroepen. De rechtbank oordeelt dat de heffingsambtenaar tot begin 2005 een consistente gedragslijn heeft gevolgd, waardoor eiser erop mocht vertrouwen dat er geen aanslagen zouden worden opgelegd voor het feitelijk gebruik van de woning. Dit vertrouwen is door de rechtbank als gerechtvaardigd beoordeeld, aangezien de heffingsambtenaar in eerdere jaren ook al had erkend dat eiser niet als feitelijk gebruiker kon worden aangemerkt.
De rechtbank verklaart het beroep van eiser gegrond, vernietigt de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar en herroept de aanslagen voor het jaar 2004. De rechtbank wijst de gemeente aan als de rechtspersoon die de proceskosten van eiser moet vergoeden, evenals het door eiser betaalde griffierecht. De uitspraak benadrukt het belang van het vertrouwensbeginsel in het bestuursrecht en de noodzaak voor de heffingsambtenaar om consistent te handelen in vergelijkbare gevallen. De rechtbank concludeert dat de aanslagen niet meer opgelegd kunnen worden, omdat het vertrouwen van eiser in de gedragslijn van de heffingsambtenaar niet meer kan worden geschonden na de communicatie begin 2005 over een wijziging in het standpunt van de heffingsambtenaar.