ECLI:NL:RBSGR:2008:BC4869
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.H.J.G. Brekelmans
- Rechtspraak.nl
Vreemdelingenbewaring en zicht op uitzetting naar Noord-Irak
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 14 februari 2008 uitspraak gedaan in een beroep tegen de voortzetting van de vreemdelingenbewaring van eiser, die op 28 januari 2008 was ingediend. Eiser was in bewaring gesteld in afwachting van een gedwongen uitzetting naar Noord-Irak. De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel de Iraakse autoriteiten in beginsel bereid zijn om medewerking te verlenen aan gedwongen uitzettingen, de geplande vlucht van 11 februari 2008 is geannuleerd omdat de Noord-Iraakse autoriteiten geen toestemming hebben gegeven. Dit heeft geleid tot de conclusie dat er op dat moment geen reëel zicht was op uitzetting binnen een redelijke termijn.
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de maatregel tot vrijheidsontneming opgeheven en de Staatssecretaris van Justitie veroordeeld in de proceskosten van eiser, die zijn vastgesteld op € 805,-. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor het toekennen van schadevergoeding. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een concrete termijn voor uitzetting en de verplichting van de overheid om te zorgen voor een rechtmatige uitvoering van de vreemdelingenbewaring.
De uitspraak is gedaan door mr. drs. F.H.J.G. Brekelmans, rechter, en is openbaar uitgesproken op 14 februari 2008. De griffier van de rechtbank, B. Simi, heeft de uitspraak ondertekend. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open.