ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2119
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- E. Timmermans
- D. Aarts
- J.G.J. Brink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking in familiezaak wegens gebrek aan objectieve vrees voor partijdigheid
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 9 juli 2007 uitspraak gedaan op een schriftelijk verzoek tot wraking van rechter [X] in een familiezaak. Verzoeker, de man, had zijn ex-echtgenote [Y] als belanghebbende aangemerkt en verzocht om wijziging van de kinderalimentatie. Tijdens de zitting op 10 mei 2007 heeft verzoeker gesteld dat hij niet in staat was om zijn zaak eerlijk te presenteren, omdat de rechter hem de mogelijkheid ontnam om vragen aan de vrouw te stellen. Verzoeker vreesde dat de rechter partijdig was en dat zijn zaak niet objectief was behandeld.
De rechtbank heeft het wrakingsverzoek afgewezen. De rechtbank oordeelde dat verzoeker geen concrete feiten of omstandigheden had aangevoerd die objectief de vrees voor partijdigheid van de rechter konden rechtvaardigen. Het enkele feit dat de rechter de orde op de zitting wilde handhaven en dat verzoeker niet in staat was om direct vragen aan de vrouw te stellen, was onvoldoende om te concluderen dat er sprake was van vooringenomenheid. De rechtbank benadrukte dat het aan de rechter is om de regie van de zitting te voeren en dat het niet gebruikelijk is dat partijen met elkaar in discussie gaan in familiezaken.
De rechtbank concludeerde dat de rechter voldoende kennis had genomen van de eerdere dossiers en dat de procedure op een correcte wijze was behandeld. Het verzoek tot wraking werd derhalve afgewezen, en de beslissing werd openbaar uitgesproken door de meervoudige wrakingskamer.