3.1 Het asielrelaas van eisers komt op het volgende neer. Eisers zijn afkomstig uit C in de provincie Vojvodina. Eiseres is van Servische afkomst, eiser is etnisch Roemeen. Sedert 1997 ondervond eiser problemen vanwege zijn etnische afkomst. In april 1997 werd het paspoort van eiser ingenomen door de politie, waarbij hem werd medegedeeld dat dit bij alle mensen met militaire verplichtingen werd gedaan. Binnen 15 dagen kon hij zijn paspoort bij de SUP weer ophalen. Toen eiser echter zijn paspoort weer wilde ophalen werd hem gezegd dat zij helemaal niets wisten over zijn paspoort. Er werd hem medegedeeld dat hij, om een nieuw paspoort aan te vragen, zijn oude paspoort ongeldig moest laten verklaren. Toen eiser daarna een aanvraag indiende voor een nieuw paspoort kreeg hij deze niet. Uiteindelijk werd hem gezegd dat hij maar naar Roemenië moest gaan om een nieuw paspoort aan te vragen. Eveneens in 1997 werd eiser in elkaar geslagen. Nadat hij door de politie was meegenomen en verhoord, moest hij een boete betalen.
In mei 1998 ontving eiser een oproep van het leger, waaraan hij geen gehoor heeft gegeven. Op 11 mei 1998 werd eiser vanuit huis meegenomen door de militaire politie voor een zogenaamd informatief gesprek. Aan eiser werd gevraagd waarom hij geen gehoor had gegeven aan deze oproep en aan de eerder toegezonden oproepen in 1991 en 1994, waarvoor eiser reeds een boete had betaald. Toen eiser tijdens dit gesprek verklaarde dat hij niet wilde deelnemen aan de oorlog en tevens dat hij van Roemeense afkomst en katholiek was, werd hij door één van de politieagenten met een knuppel geslagen. Bij zijn vrijlating werd hem medegedeeld dat een strafproces tegen hem zou worden opgestart.
In september 1998, toen zij hoogzwanger was, kreeg eiseres problemen met haar zwangerschap. Nadat de arts in het ziekenhuis de naam van haar man gehoord had werd eiseres echter niet geholpen. Nadat zij bij verschillende ziekenhuizen niet werd geholpen, werd eiseres uiteindelijk in een staatsziekenhuis geholpen tegen betaling van 1000 Duitse marken.
In april 1999 kreeg eiser opnieuw een mobilisatieoproep, waaraan hij wederom geen gehoor heeft gegeven. Eiser is vervolgens ondergedoken. De militaire politie kwam daarna regelmatig naar het huis van eisers en wilde van eiseres weten waar haar man zich bevond. Eiseres weigerde deze informatie te geven. Bij een van de bezoeken van de militaire politie werd eiseres geslagen.
Nadat Roemenië aan de NAVO toestemming had gegeven het Roemeense luchtruim te benutten om Joegoslavië aan te vallen werden eisers als etnisch Roemenen lastig gevallen, bedreigd en beledigd.
In september 1999 werd eiser meegenomen door de militaire politie en grondig verhoord, hierbij werd eiser drie maal geslagen. Hem werd verweten informatie door te spelen aan de Roemeense autoriteiten en medewerker te zijn van de CIA. Bij zijn vrijlating werd aan eiser medegedeeld dat een rechtszaak tegen hem zou worden opgestart.
Op 25 december 1999 werden eisers door een groep mensen bespuugd toen zij uit de kerk kwamen. Zij werden ervan beschuldigd de oorzaak te zijn van alle ellende. Op straat werden eisers regelmatig staande gehouden door de politie en zij moesten zich dan legitimeren. Toen eiser was ondergedoken werd eiseres op straat regelmatig gevraagd naar de verblijfplaats van haar man en zijn betrokkenheid bij de CIA. Ook waren er regelmatig telefonische bedreigingen. Eisers zijn hierbij met de dood bedreigd. Op 11 april 2000 hebben eisers het land van herkomst verlaten.