ECLI:NL:RBSGR:2000:AB1563
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- Y.J. Klik
- J.P.W. Manders
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in het bestuursrechtelijke geschil van een Somalische vreemdeling met betrekking tot intrekking van de voorwaardelijke vergunning tot verblijf
In deze zaak heeft de president van de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage op 21 november 2000 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een Somalische vreemdeling behorende tot de clan der Bajuni, had bezwaar gemaakt tegen de intrekking van zijn voorwaardelijke vergunning tot verblijf (vvtv) door de Staatssecretaris van Justitie. De president oordeelde dat er onduidelijkheid bestond over de veiligheid van de eilanden voor de kust van Zuid-Somalië als binnenlands vestigingsalternatief voor Somaliërs van de clan der Bajuni. Dit was van belang voor de beoordeling van het bezwaar tegen de intrekking van de vvtv. De president besloot dat het bezwaar een redelijke kans van slagen had en dat verzoeker in Nederland diende te blijven totdat op het bezwaar was beslist.
De president overwoog dat, ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), een voorlopige voorziening kan worden getroffen indien onverwijlde spoed dat vereist. De belangenafweging tussen de verzoeker en de verweerder leidde tot de conclusie dat verzoeker niet uit Nederland mocht worden verwijderd zolang het bezwaar nog niet was behandeld. De president heeft ook de proceskosten van verzoeker toegewezen aan de Staat der Nederlanden, vastgesteld op fl. 1.420,-- voor de gemaakte kosten van rechtsbijstand.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige belangenafweging in bestuursrechtelijke procedures, vooral in zaken die betrekking hebben op vreemdelingenrecht en de bescherming van mensenrechten. De president heeft de Staat der Nederlanden gelast om het griffierecht van verzoeker te vergoeden, wat aantoont dat de rechtbank ook oog heeft voor de financiële lasten die verzoekers kunnen ondervinden in dergelijke procedures.