Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
12 juni 2025
1.De procedure
2.De beoordeling van het verzoek
De toelating
3.De beslissing
voorheen handelend onder de naam [handelsnaam] ;
Rechtbank Rotterdam
Op 12 juni 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de heer [verzoeker], die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De heer [verzoeker] heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). Tijdens de zitting op 5 juni 2025 is het verzoek behandeld, waarbij de heer [verzoeker] en zijn schuldhulpverlener, mevrouw [persoon A], aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de heer [verzoeker] voldoet aan de voorwaarden voor toelating tot de WSNP, waaronder de eis dat hij te goeder trouw was bij het ontstaan van zijn schulden en dat hij aan de verplichtingen van de WSNP kan voldoen.
De rechtbank heeft ook een eerdere ingangsdatum voor de WSNP vastgesteld op 7 november 2024, ondanks dat de heer [verzoeker] hier niet om had verzocht. Dit besluit is genomen omdat de rechtbank van oordeel is dat de heer [verzoeker] niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor het feit dat gedurende een periode van acht maanden beslag is gelegd op zijn inkomsten, waardoor hij niet kon sparen voor zijn schuldeisers. De rechtbank heeft daarbij verwezen naar een arrest van de Hoge Raad dat relevant is voor de beoordeling van de situatie van de heer [verzoeker].
In de uitspraak is verder bepaald dat de rechtbank de toepassing van de WSNP uitspreekt, een rechter-commissaris benoemt, en de verplichtingen van de heer [verzoeker] tijdens de WSNP uiteenzet. De rechtbank heeft ook de rol van de bewindvoerder en de postblokkade tijdens de eerste dertien maanden van het traject toegelicht. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak.