Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde, te weten brandstichting aan twee voertuigen;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
de fik in”. De verdachte zou een tank benzine krijgen voor het rijden. De jongen had twee jerrycans bij zich toen de verdachte hem oppikte. Ze hebben eerst twee rondjes gelopen in de wijk om de auto’s te zoeken. Vervolgens hebben ze de Volkswagen Up gevonden en heeft de andere jongen deze met benzine overgoten. De verdachte bood zijn sigaret aan de andere jongen aan om de auto mee in brand te steken, maar de jongen heeft uiteindelijk zijn eigen aansteker gebruikt.
tezamen en in vereniging met een ander,
opzettelijk,
brand heeft gesticht aan een voertuig (met kenteken [kenteken 2] ), door
een hoeveelheid (motor)benzine over het
voertuig (met kenteken [kenteken 2] ) te gooien/sprenkelen/gieten en (vervolgens) deze
(motor)benzine met (open) vuur, te weten een
aansteker, aan te steken,
ten gevolge waarvan die (motor)benzine geheel of
gedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar
voor een of meer voertuigen en gevaar voor naast geparkeerde voertuigen, in elk geval gemeen gevaar voor goederen
te duchten was.
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden;
[benadeelde partij 1], te betalen een bedrag van
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
[benadeelde partij 1]te betalen
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 (twintig) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[benadeelde partij 2], te betalen een bedrag van
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
[benadeelde partij 2]te betalen
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 dagen (twintig);de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij 3] te betalen
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 (twintig) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij 4] te betalen
€ 1.000,-(zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 (twintig) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
tezamen en in vereniging met een of meer andere(n), althans alleen,
opzettelijk,
brand heeft gesticht in/aan een of meer voertuigen (met kenteken [kenteken 2] en/of
[kenteken 3] ), door
een hoeveelheid (motor)benzine, althans een brandbare (vloei)stof over het
voertuig (met kenteken [kenteken 2] ) te gooien/sprenkelen/gieten en (vervolgens) deze
(motor)benzine, althans brandbare (vloei)stof met (open) vuur, te weten een
aansteker, aan te steken, althans in aanraking te brengen,
ten gevolge waarvan die (motor)benzine, althans brandbare (vloei)stof geheel of
gedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar
voor een of meer voertuigen en/of gevaar voor naast geparkeerde voertuigen en/of
naastgelegen woningen en/of gebouwen, in elk geval gemeen gevaar voor goederen
en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor bewoners en/of
aanwezigen in deze naastgelegen woningen/gebouwen en/of passanten en/of voor
een ander of anderen, te duchten was;
kunnen leiden:
tezamen en in vereniging met een of meer andere(n), althans alleen,
opzettelijk en wederrechtelijk
een of meer voertuigen (met kenteken [kenteken 2] en/of [kenteken 3] ), in elk geval enig
goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde partij 1] en/of [persoon A] , in elk geval aan
een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft vernield,
beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt.