Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 28 januari 2025;
- de 14 producties van de vrouw;
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie;
- de 11 producties van de man;
- de mondelinge behandeling op 10 februari 2025;
- de pleitnota van de vrouw.
2.De feiten
4.De beslissing
- deelt de woning toe aan de vrouw tegen een waarde van € 335.000,-, onder de verplichting van de vrouw om de helft van deze waarde aan de man uit te keren;
- verbindt aan deze toedeling de ontbindende voorwaarde dat deze toedeling komt te vervallen, indien de vrouw niet binnen drie maanden de financiering heeft geregeld waarmee zij de helft van de overwaarde aan de man kan betalen;
- indien de hiervoor genoemde ontbindende voorwaarde wordt vervuld, dan stelt de rechtbank de navolgende wijze van verdeling:
deelt de woning toe aan de man tegen een waarde van € 335.000,-, onder de verplichting van de man om de helft van deze waarde aan de vrouw uit te keren;
verbindt aan deze toedeling de ontbindende voorwaarde dat deze toedeling komt te vervallen, indien de man niet binnen drie maanden de financiering heeft geregeld waarmee hij de helft van de overwaarde aan de vrouw kan betalen;
indien deze ontbindende voorwaarde wordt vervuld, dan gelast de rechtbank de navolgende wijze van verdeling:
de woning dient te worden verkocht en geleverd aan een derde;
“drie maanden”is vermeld in r.o. 3.17. en 4.4., die termijn wordt gewijzigd in
“vier weken”.
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
5.De beoordeling in conventie
“deze toedeling komt te vervallen, indien de vrouw niet binnen vier weken de financiering heeft geregeld waarmee zij de helft van de overwaarde aan de man kan betalen”. In de derde bullet wordt vervolgens bepaald dat, indien de ontbindende voorwaarde wordt vervuld, de woning wordt toegedeeld aan de man onder de ontbindende voorwaarde dat
“deze toedeling komt te vervallen, indien de man niet binnen vier weken de financiering heeft geregeld waarmee hij de helft van de overwaarde aan de vrouw kan betalen”.
“elkaar bevochten als hond en kat”. Dat probleem werd echter reeds opgelost doordat de rechtbank in de echtscheidingsbeschikking heeft beslist dat de vrouw tegenover de man bevoegd is om gedurende zes maanden in de woning te blijven wonen. Een extra snelle financiering (en levering) van de woning hoeft dat doel, het uit elkaar halen van partijen, dus niet te dienen.
€ 278,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)