ECLI:NL:RBROT:2025:12970
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de aanvraag om compensatie op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen
In deze zaak heeft eiseres, die een aanvraag heeft gedaan om compensatie op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht), beroep ingesteld tegen een besluit van de Dienst Toeslagen. De Dienst Toeslagen heeft vastgesteld dat eiseres niet in aanmerking komt voor een forfaitair bedrag van € 30.000,- op basis van de lichte toets. De rechtbank heeft op 5 november 2025 uitspraak gedaan in deze zaak. De rechtbank oordeelt dat het beroep van eiseres ontvankelijk is, maar ongegrond. De rechtbank stelt vast dat de Dienst Toeslagen voldoende heeft gemotiveerd waarom eiseres niet als gedupeerde kan worden aangemerkt. De rechtbank heeft de situatie van eiseres beoordeeld en geconcludeerd dat de Dienst Toeslagen terecht heeft vastgesteld dat er geen recht op compensatie bestaat. Eiseres heeft aangevoerd dat haar problemen met de Belastingdienst nooit zijn erkend en dat zij ten onrechte van fraude is beschuldigd. De rechtbank erkent de impact van deze problemen, maar stelt vast dat de Dienst Toeslagen in het kader van de lichte toets terecht heeft geoordeeld dat eiseres niet in aanmerking komt voor het forfaitaire bedrag. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en eiseres krijgt het griffierecht niet terug.