In deze zaak heeft Leaseproces B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde op basis van een no cure, no pay overeenkomst. De kern van de zaak draait om de uitleg van deze overeenkomst, waarin is vastgelegd dat Leaseproces de gedaagde bijstaat in een gerechtelijke procedure tegen Dexia. De gedaagde heeft een starttarief betaald en er zijn afspraken gemaakt over een percentage van het voordeel dat de gedaagde zou behalen. Echter, de gedaagde heeft een schikking getroffen met Dexia zonder dat er een procedure is gestart, wat leidt tot de vraag of Leaseproces recht heeft op een vergoeding. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Leaseproces geen recht heeft op een vergoeding, omdat de overeenkomst vereist dat er een procedure moet zijn gestart om aanspraak te maken op een vergoeding. De kantonrechter heeft de vorderingen van Leaseproces afgewezen, omdat er geen procedure is gevoerd en de gedaagde al voldoende heeft betaald voor de verrichte werkzaamheden. Daarnaast zijn ook de vorderingen voor incassokosten en rente afgewezen. Leaseproces is veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 813,00, met wettelijke rente. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.