8.1.De rechtbank is van oordeel dat het beroepschrift een voldoende concrete beroepsgrond bevat. Het is vaste rechtspraak dat in het algemeen geen hoge eisen gesteld worden aan de motivering van een bezwaar- of beroepschrift. Dit brengt mee dat in de regel ook bij een in het beroepschrift summiere motivering van het beroep zal kunnen worden aangenomen dat daarmee is voldaan aan het vereiste van artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb dat het beroepschrift ten minste de gronden van het beroep bevat.De rechtbank ziet in de grond van eiser dat volgens hem het college ten onrechte is afgeweken van het advies van de commissie een voldoende inhoudelijke grond om de zaak verder te behandelen.
9. Ondanks dat de beroepsgrond van eiser naar het oordeel van de rechtbank formeel kan worden gezien als een beroepsgrond, neemt dat niet weg dat eiser enkel heeft gesteld dat het advies van de commissie zou moeten worden opgevolgd en heeft hij daarbij verwezen naar het zorgvuldigheidsbeginsel. De rechtbank overweegt dat eiser heeft nagelaten te motiveren waarom het standpunt van de commissie in zijn zaak zou moeten worden gevolgd. Het college is in het bestreden besluit reeds gemotiveerd op de gronden die eiser in bezwaar naar voren had gebracht en op het commissieadvies ingegaan. Eiser heeft met een enkele verwijzing naar het commissieadvies en het zorgvuldigheidsbeginsel, met daarbij het standpunt dat het commissieadvies gevolgd moet worden aangezien de leden van de commissie onafhankelijk zijn ten opzichte van het college, niet concreet onderbouwd waarom de weerlegging in het bestreden besluit onjuist of onvolledig zou zijn.
10. Voor zover eiser het standpunt heeft willen innemen dat het onderzoek naar de opgevraagde documenten onvoldoende zorgvuldig is verlopen, slaagt dit standpunt van eiser niet. Een bestuursorgaan moet voldoende inzichtelijk maken hoe het de zoekslag heeft verricht. Die zoekslag moet zorgvuldig zijn. Het voldoende inzichtelijk maken van de zoekslag kan het bestuursorgaan bewerkstelligen door bijvoorbeeld specifiek te vermelden welke systemen zijn geraadpleegd, welke zoektermen zijn gehanteerd voor het zoeken naar documenten in die systemen, welke specifieke vragen de volgens het bestuursorgaan relevante personen hebben meegekregen en welke schifting in de door die personen aangedragen documenten vervolgens is gemaakt.In het bestreden besluit heeft het college genoteerd in welke systemen is gezocht, dat op persoonlijke en gedeelde harde schijven van betrokken ambtenaren en wethouders is gezocht, en op welke trefwoorden is gezocht. Ook heeft het college aangegeven bij welke afdelingen en welke functionarissen het verzoek is uitgezet. De rechtbank is van oordeel dat de zoekslag die het college heeft uitgevoerd voldoende inzichtelijk en navolgbaar is. Daarbij is van belang dat eiser in zijn beroepschrift niet concreet heeft aangevoerd dat onder het college meer documenten (zouden moeten) berusten die ook openbaar gemaakt hadden moeten worden. Het college heeft verder aangegeven dat het dubbele stukken (voornamelijk dubbele e-mails) heeft verwijderd en dat het zienswijzen van derde belanghebbenden heeft betrokken. Ook heeft het college in de beroepsfase verduidelijkt welk document naast ‘Factuur [naam factuur] ’ in zijn geheel niet openbaar is gemaakt.
11. Op de zitting heeft eiser gesteld dat het college op onterechte wijze delen van de documenten heeft zwartgelakt, aangezien geen verband meer te leggen is met het kader waarbinnen het een of ander wordt vermeld. Voor zover eiser daarmee het standpunt heeft willen innemen dat het college onvoldoende per document of onderdeel daarvan heeft gemotiveerd wiens en welke belangen in het document aan orde zijn en waarom die belangen maken dat openbaarmaking geweigerd moet worden, kan de rechtbank eiser evenmin volgen. Volgens vaste rechtspraak kan, hoewel in beginsel per document of onderdeel daarvan moet worden gemotiveerd op welke grond openbaarmaking daarvan achterwege wordt gelaten, daarvan worden afgezien, als dat zou leiden tot herhalingen die geen redelijk doel dienen. Indien meer dan één weigeringsgrond van toepassing is geacht op een document dat uit verschillende onderdelen bestaat, kan deze uitzondering zich slechts voordoen, indien voldoende kenbaar is van welke weigeringsgrond voor welk onderdeel wordt uitgegaan.In dit geval heeft het college ten aanzien van de openbaar gemaakte stukken vermeld op welke grond er is weggelakt. De vermelde grond geldt telkens totdat er een andere grond van toepassing is. Daarnaast heeft het college een inventarislijst overgelegd waarbij per document de desbetreffende weigeringsgrond staat genoteerd. Ook is aangegeven wanneer de delen van documenten niet openbaar zijn gemaakt omdat die delen niet onder de reikwijdte van het verzoek vallen. Het college heeft verder in de besluitvorming per weigeringsgrond een (algemene) belangenafweging gemaakt. De rechtbank is van oordeel dat het college op deze manier voldoende inzichtelijk heeft gemaakt op welke gronden en in verband met welke belangen het openbaarmaking van de documenten of onderdelen daarvan heeft geweigerd.