Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
3.[gedaagde 3] ,
1.Samenvatting
- de dagvaarding van 21 december 2023, met producties;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties;
- de oproepingsbrief van 11 april 2024 voor de mondelinge behandeling op 20 augustus 2024;
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens akte houdende indiening aanvullende producties;
- de akte houdende indiening aanvullende productie namens [eiseres] ;
- de e-mail van mr. Evertsz van 20 augustus 2024, met productie 22;
- de spreekaantekeningen van partijen voor de mondelinge behandeling;
- de mondelinge behandeling van 20 augustus 2024.
3.De feiten
4.Het geschil
in conventie
5.De beoordeling
Export 0% VAT (tabel II a.2. Wet OB)” op de facturen, wat niet overeenkomst met de stelling van [eiseres] dat zij schroot aan [gedaagde 1] heeft verkocht, iii) de gewisselde correspondentie waarin [gedaagde 1] niet zelf wordt aangesproken tot betaling, maar wordt verzocht om derden tot betaling van de facturen te bewegen en iv) het feit dat [eiseres] zelf verschuldigde bedragen aan [gedaagde 1] heeft betaald in plaats van tot verrekening over te gaan. Volgens [gedaagde 3] was [gedaagde 1] slechts bemiddelaar bij de totstandkoming van de overeenkomsten tussen [eiseres] en de eindklanten en bij de betaling van de facturen van de eindklanten aan [gedaagde 1] .
Ten aanzien van de steunvordering stelt verweerster - kort samengevat - dat in 2022 een bedrag van meer dan € 100.000,- aan [eiseres] BV is betaald en dat er dus geen sprake is van betalingsonwil/-onmacht. Verder stelt verweerster dat de steunvordering niet opeisbaar is nu partijen zijn overeengekomen dat de factuur pas betaald zou worden bij levering en dat deze levering nog niet heeft plaatsgevonden.” Mr. Evertsz heeft namens [gedaagde 3] in de onderhavige procedure weliswaar aangevoerd dat voortschrijdend inzicht ertoe heeft geleid dat het standpunt is gewijzigd, maar ook de overige, hierna vermelde, omstandigheden leiden tot de conclusie dat [gedaagde 1] moet worden gezien als de contractspartij van [eiseres] .
Yes, his amount was empty I saw his account today”. Dat [gedaagde 3] meerdere keren betaling in het vooruitzicht heeft gesteld, is op zichzelf ook onvoldoende om te oordelen dat [gedaagde 3] onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eiseres] .
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)