Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 31 mei 2024, met bijlagen;
- de eis in het incident, met bijlagen.
2.De beoordeling
3.De beslissing
dinsdag 26 november 2024mag reageren op de dagvaarding;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft de kantonrechter op 20 september 2024 uitspraak gedaan in een incident op basis van artikel 843a van het Burgerlijk Wetboek. De eiser, aangeduid als [persoon A], heeft een arbeidsongeval gehad op 27 juni 2023 en vordert in de hoofdzaak dat zijn werkgever, CLdN Ports Netherlands B.V., aansprakelijk wordt gesteld voor de schade die hij heeft geleden. In het incident heeft CLdN verzocht om inzage in het huisartsenjournaal van [persoon A] vanaf twee jaar voor het ongeval, om te kunnen onderbouwen dat er geen causaal verband bestaat tussen de klachten van [persoon A] en het ongeval. [persoon A] heeft echter niet gereageerd op deze vordering.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat CLdN een rechtmatig belang heeft bij het verkrijgen van het huisartsenjournaal, aangezien dit essentieel is voor haar verweer in de hoofdzaak. De rechter heeft vastgesteld dat er geen gewichtige redenen zijn aan de kant van [persoon A] om de gevraagde informatie niet te verstrekken. Daarom is [persoon A] veroordeeld om binnen een maand na de uitspraak een ongeschoond afschrift van zijn huisartsenjournaal te verstrekken aan CLdN. Tevens is [persoon A] veroordeeld in de proceskosten van het incident, die zijn begroot op € 120,-, met wettelijke rente.
De zaak is vervolgens verwezen naar een rolzitting op 26 november 2024, waar CLdN de gelegenheid krijgt om inhoudelijk te reageren op de dagvaarding. De kantonrechter heeft verder iedere beslissing aangehouden, wat betekent dat de hoofdzaak nog niet is behandeld.