Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het verzoekschrift van [persoon A] , met bijlagen;
- het verweerschrift van All Smiles met een (deels voorwaardelijk) tegenverzoek, met bijlagen;
- de brief van [persoon A] van 12 september 2024, met een wijziging van het verzoek.
2.De beoordeling
17 september 2024 besloten om toch niet te berusten in het ontslag. Zij heeft haar verzoek gewijzigd en toch weer primair om vernietiging van het ontslag gevraagd om het zodoende mogelijk te maken - in het geval de kantonrechter zou oordelen dat het ontslag op staande voet ten onrechte gegeven is - dat All Smiles alsnog een beroep doet op de verzuimverzekering. Tevens heeft [persoon A] te kennen gegeven dat die route het voor haar mogelijk maakt om het UWV te verzoeken de loonbetalingsverplichting van All Smiles over te nemen op grond van het bepaalde in de artikelen 61 en volgende van de Werkloosheidswet, gezien de gestelde financiële onmacht van All Smiles.
Dit is mijn eerlijk verdiende loon en als jij mijn loon niet uitbetaalt, dan heb jij een probleem. Wat voor probleem? Ik laat het ophalen, het is mijn eerlijk verdiende loon. Ik heb er eerlijk voor gewerkt dus ik hoor het gewoon te krijgen. Ja? En als jij nu de viezerik wilt uithangen door mijn eerlijk verdiende loon niet uit te betalen, dan heb jij écht een probleem. Het is klaar met dat vriendelijk doen. Nee, nu ga je mijn ware aard zien. Al die fucking tijd hier ben ik aardig tegen jullie geweest, heb ik dingen gedaan. Nu is het mijn tijd.”
Ik kom vandaag dat geld ophalen. Je bent haar nog € 3.200,-
Heb je het liggen daar? Ik kom het vandaag ophalen. Daar heeft zij recht op, dat moet je betalen jongen.(…)
Nee, je geeft dat geld. Zij heeft het nodig. Ik kom het straks ophalen, ja? Als ik dalijk kom, wil ik die centen hebben.(…)
Je pint het maar voor haar vandaag, maar vandaag uiterlijk moet ze het hebben.(…)
Hier komen problemen door. Dan kan jij kiezen ja?(…)
Jij zegt nee, maar is goed. Dan zullen we het op een andere manier moeten oplossen. Dat merk je wel!”
De reden hiervoor is dat u mij als werkgever op toelaatbare wijze bedreigd heeft en heeft laten bedreigen. U heeft in het gesprek op 5 April 2024 om 10:05 reeds aangegeven dat u het geld “zou laten ophalen” en wij “uw ware aard” zouden gaan zien, hetgeen u ook als een bedreiging uitte. Daarna ben ik op 5 April 2024 om 11:57 nogmaals gebeld door een derde die mij eveneens bedreigd heeft en aangegeven heeft in persoon langs te komen om het geld op te halen en het anders wel “even anders” zou oplossen op een manier dat wij “nog wel zouden zien”. Ik en diverse personeelsleden hebben zich hier zo bedreigd door gevoeld dat ik zelfs genoodzaakt ben geweest om melding van bedreiging te maken bij de politie.”
Nu is het mijn tijd” waarop [persoon B] rustig reageert: “
Oké [voornaam persoon A] , veel plezier met jouw tijd.”
- voor 9 tot en met 30 april € 1.019,85 (€ 1.390,70 / 30 x 22);
- voor mei en juni € 2.781,40 (2 x € 1.390,70);
- voor juli en augustus € 2.867,32 (2 x € 1.433,66);
- voor 1 tot en met 22 september € 1.051,35 (€ 1.433,66 / 30 x 22).
1 december 2023 tot 8 april 2024 nog recht op heeft € 2.441,41. Dat bedrag heeft ze echter te hoog berekend, omdat ze uit is gegaan van het hogere uurloon van € 18,73 en van 100% loondoorbetaling, in plaats van 70%. De kantonrechter zal daarom zelf het verschuldigde loon berekenen.