Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het op 27 maart 2024 onder nummer 664708 HA ZA 23-763 door de handelskamer van deze rechtbank gewezen vonnis en de daaraan ten grondslag liggende processtukken, bij welk vonnis de zaak ter verdere behandeling werd verwezen naar de kantonrechter;
- de griffiersbrief van 13 mei 2024, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- de akte, met bijlage, van Esthec;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [persoon A] .
2.Het geschil
primairomdat hem het recht toekwam de overeenkomst op 2 juni 2023 zonder opgaaf van redenen te ontbinden als bedoeld in artikel 6:230o lid 1 sub b BW en
subsidiairomdat hij toen het recht had de overeenkomst te ontbinden wegens toerekenbaar tekortschieten van Esthec.
ECLI:NL:HR:2012:BV7828). Bij het aannemen van misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen door het aanspannen van een procedure of het instellen van een tegenvordering past bovendien terughoudendheid, gelet op het recht op toegang tot de rechter dat mede gewaarborgd wordt door artikel 6 EVRM.