ECLI:NL:RBROT:2024:9243

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 september 2024
Publicatiedatum
19 september 2024
Zaaknummer
ROT 24/6553
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring beroep tegen niet tijdig nemen van besluit inzake kinderopvangtoeslag

In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. N. Köse-Albayrak, beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de Dienst Toeslagen met betrekking tot haar aanvraag voor kinderopvangtoeslag. De rechtbank Rotterdam heeft eerder, op 6 december 2023, de Dienst Toeslagen opgedragen om een besluit te nemen op het verzoek van eiseres om herbeoordeling van haar recht op kinderopvangtoeslag. Eiseres heeft vervolgens op 2 juli 2024 opnieuw beroep ingesteld, omdat zij meende dat er geen tijdig besluit was genomen. Echter, de rechtbank heeft vastgesteld dat de Dienst Toeslagen op 15 februari 2024 al een beslissing had genomen op het verzoek om herbeoordeling, wat betekent dat het procesbelang van eiseres bij het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit ontbreekt.

De rechtbank heeft daarom besloten het beroep van eiseres niet-ontvankelijk te verklaren. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en de rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat de zaak zich leent voor een vereenvoudigde behandeling zoals bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak is gedaan door mr. S. Veling, rechter, in aanwezigheid van mr. H. de Vries, griffier, en is openbaar gemaakt op 25 september 2024. Eiseres heeft recht op kinderopvangtoeslag en heeft een verzoek tot herbeoordeling ingediend, dat door verweerder in behandeling is genomen. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen, en er is een rechtsmiddel beschikbaar voor verzet binnen zes weken na verzending.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Bestuursrecht
zaaknummer: ROT 24/6553
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 september 2024 als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht in de zaak tussen

[Naam], uit [Plaats], eiseres,

gemachtigde: mr. N. Köse-Albayrak,
en

Dienst Toeslagen, verweerder.

Procesverloop

Met de uitspraak van 6 december 2023 (ROT 23/7131) heeft de rechtbank verweerder opgedragen een besluit te nemen op het verzoek van eiseres om herbeoordeling van het recht op kinderopvangtoeslag.
Eiseres heeft opnieuw beroep ingesteld wegens het niet tijdig nemen van een besluit.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Overwegingen

De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat zich in deze zaak een van de gevallen voordoet zoals genoemd in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht en een zitting daarom niet nodig is.
Eiseres heeft kinderopvangtoeslag ontvangen en zij heeft zich gemeld voor een herbeoordeling van haar recht daarop. Verweerder heeft dit verzoek in behandeling genomen.
3. Eiseres heeft op 2 juli 2024 opnieuw beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. Uit het dossier blijkt echter dat verweerder al op 15 februari 2024 een beslissing heeft genomen op het verzoek om herbeoordeling (kenmerk: UHT-DCHO). Dit betekent dat het procesbelang van eiseres bij het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit ontbreekt. De rechtbank zal het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaren.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres niet-ontvankelijk
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Veling, rechter, in aanwezigheid van
mr. H. de Vries, griffier. De uitspraak is in het openbaar gedaan op 25 september 2024.
De griffier is verhinderd
de uitspraak te ondertekenen
griffier rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan verzet worden gedaan bij de rechtbank. De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.