ECLI:NL:RBROT:2024:7567

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 augustus 2024
Publicatiedatum
19 augustus 2024
Zaaknummer
11142882 VZ VERZ 24-5537
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van verzoeker na niet naleven van dagvaardingsvereisten

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 16 augustus 2024 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure. Verzoeker, die zelf procedeert, heeft een verzoek ingediend tegen Oostwings B.V., een bedrijf gevestigd in Capelle aan den IJssel. Verzoeker stelt dat hij op basis van een arbeidsovereenkomst bij Oostwings heeft gewerkt en dat hij nog recht heeft op betaling van achterstallig loon. In een eerdere beschikking van 14 juni 2024 is verzoeker de gelegenheid gegeven om zijn verzoek te onderbouwen met een dagvaarding, zoals vereist volgens artikel 261 lid 2 en 125 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Verzoeker had de mogelijkheid om Oostwings op de rolzitting van 16 juli 2024 correct op te roepen, maar heeft dit nagelaten. Hij heeft geen verdere stappen ondernomen, noch om uitstel gevraagd. Hierdoor heeft de kantonrechter geoordeeld dat verzoeker niet voldoet aan de formele vereisten voor de procedure. De kantonrechter heeft verzoeker dan ook niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk wordt beoordeeld en buiten behandeling wordt gesteld. Deze beslissing is openbaar uitgesproken door mr. W.J.J. Wetzels.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11142882 VZ VERZ 24-5537
datum uitspraak: 16 augustus 2024
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
verzoeker,
die zelf procedeert,
tegen
Oostwings B.V.,
gevestigd te Capelle aan den IJssel,
verweerster,
die niet is verschenen in deze procedure.
Partijen worden hierna ‘[verzoeker]’ en ‘Oostwings’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift van [verzoeker], met bijlagen;
  • de beschikking van 14 juni 2024.

2.De beoordeling

2.1.
[verzoeker] stelt in zijn verzoekschrift dat hij op basis van een arbeidsovereenkomst bij Oostwings heeft gewerkt en dat hij nog recht heeft op betaling van achterstallig loon. Zoals beschreven in de hiervoor genoemde beschikking van 14 juni 2024 had [verzoeker] daarvoor een dagvaarding moeten gebruiken (artikel 261 lid 2 Rv en 125 Rv). De kantonrechter heeft [verzoeker] de gelegenheid gegeven om dit gebrek te herstellen. [verzoeker] mocht namelijk op de rolzitting van 16 juli 2024 Oostwings alsnog correct oproepen door middel van een dagvaarding. Dat heeft [verzoeker] echter niet gedaan. Hij heeft niets van zich laten horen en hij heeft evenmin om verder uitstel gevraagd. Zoals in de vorige uitspraak al is aangekondigd, is het gevolg daarvan dat [verzoeker] niet-ontvankelijk wordt verklaard. Dat betekent dat de zaak niet inhoudelijk wordt beoordeeld en buiten behandeling wordt gesteld, omdat [verzoeker] niet aan de formele vereisten heeft voldaan.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verklaart [verzoeker] niet-ontvankelijk in zijn verzoek.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
33394