“
Datum en tijdstip van de bevinding: 2 december 2021 omstreeks 06:40 uur.
Ik heb in het bedrijf aangesproken en ben met naam en functie bekend bij: de heer Worst, functie: Exploitant.
Tijdens mijn inspectie belast met de levende keuring van schapen en geiten bevond ik mij in de stal van Slachterij Henk Worst B.V. Er werd mij een geit met I&R (identificatie en registratie) nummer NL [nummer] (zie foto 1) ter keuring aangeboden. Ik zag dat deze geit zeer kreupel liep aan de rechter voorpoot. Ik zag dat wanneer de geit stil stond het de rechter voorpoot optilde en in zijn geheel niet belastte (zie 3 filmopnames). Als dierenarts weet ik dat kreupel lopen en de poot niet belasten tekenen van pijn zijn. Ik vroeg aan de exploitant, die mij vergezelde tijdens de AM keuring, de geit vast te houden zodat ik het aaneen nader onderzoek kon onderwerpen. Ik onderzocht de gehele rechter voorpoot, zowel visueel als middels palpatie, en stelde vast dat er sprake was van een zachte zwelling bij het rechter ellebooggewricht. Deze zwelling voelde niet warm aan. Zwelling in combinatie met pijn (wat zich uitte in niet willen belasten van de rechter voorpoot) zijn tekenen van een ontsteking. Gezien het feit dat de zwelling niet warm aanvoelde, was voor mij een aanwijzing dat het geen acute ontsteking betrof.
De geiten zouden die dag als eerste geslacht worden. Ik heb de exploitant opdracht gegeven bovengenoemde geit met voorrang te slachten. Nadat de geit geslacht was heb ik de rechter voorpoot verder onderzocht. Ik zag dat het rechter ellebooggewricht ongeveer 1,5 keer de omvang had ten opzichte van het linker ellebooggewricht (zie foto 2). Tevens zag ik dat toegenomen vaatinjectie (hypervascularisatie) in de weefsels rond het rechter ellebooggewricht aanwezig was (zie foto 3). Als dierenarts weet ik dat hypervascularisatie optreedt bij verhoogde weefselactiviteit, bijvoorbeeld bij een ontstekingsproces. Ik vroeg een medewerker van de slachterij de rechter voorpoot af te zetten en het ellebooggewricht te openen. Tijdens het openen van het rechter ellebooggewricht kwam een grote hoeveelheid rode vloeistof uit het gewricht (zie foto 4). Als dierenarts weet ik dat gewrichtsvloeistof (synovia) normaliter helder, vrijwel kleurloos en wat stroperig van consistentie is. Dat was bij bovengenoemde geit niet het geval. Ik herkende de rode vloeistof als gewrichtsvloeistof gemengd met bloed. Het openen van het ellebooggewricht, wat gedaan werd door een zeerervaren slachter, ging moeizaam door vergroeiingen in en rondom het gewricht. Toen het gewricht eenmaal geopend was zag ik een verdikt en hyperemisch (zeer bloedvatrijk) synoviaalmembraan (membraan aan de binnenzijde van de omlijning van het gewricht)(zie blauwe pijl foto 5) met bloedproppen en een geel tot bruin beslag (zie resp. paarse en gele pijl foto 5). Als dierenarts weet ik dat de binnenzijde van een synoviaal gewricht (een gewricht omgeven door een synoviaalmembraan) normaal gesproken wit van kleur is (zie bijlage "Overzicht normaal en ontstoken synoviaal gewricht"). Het verdikte hyperemischesynoviaalmembraan herkende ik als een teken van ontsteking. Tevens zag ik dat de humerus (opperarm) beschadigd was op de plek waar het een gewricht vormde met de radius (spaakbeen) en ulna (ellepijp) (zie groene pijl foto 5).
Op basis van bovenstaande bevindingen concludeer ik dat bovengenoemde geit leed aan een ontsteking van het ellebooggewricht. Deze ontsteking is hoogstwaarschijnlijk traumatisch van aard, waarbij de humerus is beschadigd. Dit heeft geleid tot bloedophoping in het gewricht. Deze bloedophoping heeft voor een geel tot bruin verkleuring van het synoviaalmembraan gezorgd, als gevolg van de afbraak van rode bloedcellen. De afbraak van rode bloedcellen bij trauma met verkleuring van het omliggende weefsel neemt enkele dagen in beslag, net zoals bij de verkleuring van een blauwe plek bij mensen. Tevens heeft de ontsteking gezorgd voor een verdikt hyperemisch synoviaalmembraan. Verdikking van desynoviaal membraan met vorming van nieuwe haarvaten neemt meer dan 24 uur in beslag.
Op het "Vervoersdocument I&R schapen en geiten" zag ik staan dat bovengenoemde geit op 01-12-2021 omstreeks 14:56 uur vertrokken was van de houderij op de plaats van vertrek. Op de "Controlelijst veewagen wasplaats" zag ik dat de veewagen waarin de geit was vervoerd omstreeks 18:30 uur op 01-12-2021 bij Slachterij Henk Worst B.V. was gereinigd. De tijd tussen mijn onderzoek op 02-12-2021 en het opladen van de geit heeft ongeveer 15 ½ uur bedragen. Zoals blijkt uit bovenstaande bevindingen was de aandoening meer dan 24 uur voorafgaand aan mijn onderzoek bij de geit aanwezig en zodoende voorafgaand aan het transport.
Bovengenoemde geit heeft tijdens het transport naar het slachthuis onnodig pijn geleden omdat het dier tijdens het vervoer de veewagen op en af heeft moeten lopen en zichzelf staande heeft moeten houden tijdens het transport. Gezien de mate van kreupelheid; de geit belastte de poot niet in stilstand, en de verschijnselen: een sterkt gezwollen rechter ellebooggewricht, moet de toestand van het dier merkbaar en zichtbaar zijn geweest voor de vervoerder op de plaats van vertrek.
[…]
De vervoerder vervoerde een dier dat niet mochten worden vervoerd omdat zij niet geschikt was voor het voorgenomen transport; het dier was niet in staat zich op eigen kracht pijnloos te bewegen.”