Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De kern van de zaak
2.De procedure
- de dagvaarding van 3 mei 2023, met producties 1 tot en met 22 en beslagstukken;
- de conclusie van antwoord;
- de oproepingsbrief van de rechtbank van 31 januari 2024;
- de akte overlegging producties van FZB, met producties 23 tot en met 42;
- de mondelinge behandeling van 29 mei 2024 en de daarbij door beide partijen overgelegde spreekaantekeningen.
3.De feiten
en medewerkers van opdrachtnemer verboden om binnen Nederland gedurende de overeenkomst en gedurende twee jaar na de beëindiging hiervan om in dienst, of in enige samenwerkingsverband met derden, direct of indirect, werkzaamheden te (doen) verrichten, dan wel op enige wijze betrokken te zijn, bij een onderneming die gelijke of gelijksoortige diensten verleent als opdrachtgever[toevoeging rechtbank: FZB]
doet, dan wel voor eigen rekening, gelijke of gelijksoortige werkzaamheden te verrichten.
4.Het geschil
5.De beoordeling
De eiswijziging is toegestaan
- artikel 12.3 ziet op situaties waarbij sprake is van een arbeidsovereenkomst, maar dat is hier niet het geval, zodat van een schending van deze bepaling geen sprake kan zijn;
- uit artikel 12.5 volgt dat opdrachtgever (FZB) een boete verbeurt ten behoeve van de medewerkers van opdrachtnemer (Top Team), zodat dit artikel geen grondslag voor de vordering kan zijn;
- uit artikel 12.5 volgt dat de artikelen 12.2 en 12.3 zien op de medewerkers van Top Team en niet op Top Team zelf; uit artikel 13.6 volgt dat partijen uitdrukkelijk een onderscheid hebben willen maken tussen werknemers van opdrachtnemer en opdrachtnemer zelf.
- een e-mail van [persoon A] (hierna: [persoon A] ) – een medewerker van FZB die ook werkzaamheden verrichte bij GGZ Almere – van 1 april 2022 waarin hij meldt dat hij personeelsitems (een zwarte doos met een agenda, pen, usb-sticks en chocolade) van Top Team (met haar logo) bij GGZ Almere heeft gezien;
- foto’s van 5 april 2022 van [persoon A] van de personeelsauto van Top Team die op het parkeerterrein van GGZ Almere geparkeerd stond;
- een verklaring van [persoon A] van maart 2023, waarin staat dat hij vanaf april 2022 de personeelsauto van Top Team regelmatig op het parkeerterrein heeft zien staan;
- een gespreksverslag van een meeting tussen FZB en GGZ Almere van 19 mei 2022, waarin onder andere staat: “
- foto’s, gemaild op 2 juni 2022, van de bedrijfsauto van Tom Team waaruit zou blijken dat die begin juni 2022 aanwezig was bij GGZ Almere;
- het rooster van 8 juli 2022 van GGZ Almere, waarin onder Unit A en C ‘Top’ vermeld staat;
- een e-mail van 10 maart 2023 van GGZ Almere waarin onder andere staat:
- negen schriftelijke verklaringen van (oud-)medewerkers van FZB die bij GGZ Almere hebben gewerkt, waarin zij hebben verklaard dat zij in 2022 Top Team medewerkers bij GGZ Almere diensten hebben zien draaien en, in de meeste verklaringen, wie die medewerkers waren.
6.De beslissing
op 163 dagensoortgelijke werkzaamheden als FZB heeft verricht voor GGZ Almere;
woensdag 21 augustus 2024voor uitlating door FZB of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel;
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen;
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdata van de partijen en hun advocaten in de maanden oktober 2024 tot en met april 2025 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald;
alle partijenuiterlijk tien dagen voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen;