ECLI:NL:RBROT:2024:6415

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 mei 2024
Publicatiedatum
10 juli 2024
Zaaknummer
10/022981-24 / TUL VV: 13/017763-21 (herstelvonnis)
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis inzake onjuiste weergave eis officier van justitie in strafzaak

Op 16 mei 2024 heeft de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, een vonnis uitgesproken in de zaak tegen een verdachte, geboren in 2001 en ten tijde van het onderzoek preventief gedetineerd. De raadsman van de verdachte was mr. W. Drummen, advocaat te Amsterdam. Na de uitspraak van het vonnis bleek dat de eis van de officier van justitie, mr. N. van der Meij, onjuist en onvolledig was weergegeven. Dit leidde tot de noodzaak van een herstelvonnis, dat op 17 mei 2024 is gewezen. In het herstelvonnis werd de fout in de eis gecorrigeerd. De rechtbank heeft de griffier opgedragen deze beslissing aan te tekenen op het origineel van het vonnis dat is hersteld. De oorspronkelijke eis van de officier van justitie werd vervangen door een nieuwe eis, die een gevangenisstraf van 20 maanden omvatte, waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, inclusief bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Dit herstelvonnis is van belang voor de rechtsgang en de correcte weergave van de eisen in strafzaken.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10/022981-24
Parketnummer vordering TUL VV: 13/017763-21
Op 16 mei 2024 heeft de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, een vonnis uitgesproken in de zaak tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2001,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres] , [postcode] te [woonplaats] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in [naam PI] ,
raadsman mr. W. Drummen, advocaat te Amsterdam.
Na de uitspraak van het vonnis op 16 mei 2024 is gebleken dat de eis van de officier van justitie onjuist en onvolledig is weergegeven, welke fout zich leent voor eenvoudig herstel als hierna vermeld in het dictum van dit herstelvonnis.

Beslissing

De rechtbank:
- herstelt de kennelijke fout in de eis van de officier van justitie als volgt:
De alinea in het vonnis van 16 mei 2024 die luidt:
“De officier van justitie mr. N. van der Meij heeft gevorderd:
bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest.”
wordt vervangen door:
“De officier van justitie mr. N. van der Meij heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
  • veroordeling tot 20 maanden waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar met daarbij de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering.”
- beveelt de griffier deze beslissing aan te tekenen op en te hechten aan het origineel van het vonnis dat is hersteld.
Dit herstelvonnis is op 17 mei 2024. gewezen door
mr. G.P. van de Beek, voorzitter,
en mrs. C.G. van de Grampel en G.B. Plomp, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D.R. Kroonbergs, griffier.
De jongste rechter is buiten staat dit herstelvonnis mede te ondertekenen.