ECLI:NL:RBROT:2024:4494
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van toestemming voor procedure over bindend advies Kifid in meerderjarigenbewind
Op 13 mei 2024 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin betrokkene, die onder bewind staat, verzocht om vervangende toestemming voor het voeren van een procedure tegen zijn bewindvoerder. De bewindvoerder had geweigerd toestemming te geven voor het aanvechten van een bindend advies van het Kifid, dat betrekking had op een schadeclaim van betrokkene na een beroving op 13 juni 2019. Betrokkene wilde de verzekeraar veroordelen tot schadevergoeding van € 22.690,-, maar de kantonrechter oordeelde dat de bewindvoerder op goede gronden had geweigerd toestemming te verlenen.
De kantonrechter overwoog dat betrokkene onder bewind staat vanwege problematische schulden en dat er een minnelijk schuldentraject loopt. De hoogte van de schulden, die meer dan € 39.000,- bedragen, en het relatief lage inkomen van betrokkene maken dat een eventuele schadevergoeding niet ten goede zal komen aan hem, maar aan de schuldeisers. De kantonrechter concludeerde dat betrokkene geen belang had bij de verzochte machtiging, waardoor het verzoek werd afgewezen.
Daarnaast werd opgemerkt dat de kans van slagen van de procedure die betrokkene wilde voeren zeer klein was. De kantonrechter wees erop dat de beslissing van het Kifid niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was, en dat de stelling van betrokkene dat hij zich niet realiseerde wat het betekende om een bindend advies te vragen, niet tot een gunstige uitkomst zou leiden. De kantonrechter wees het verzoek om machtiging af, en deze beschikking kan in hoger beroep worden aangevochten bij het gerechtshof Den Haag.