Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 5 april 2023, met bijlagen;
- de akte wijziging van eis tevens aanvulling grondslag, met bijlagen;
- de conclusie van antwoord tevens conclusie van eis in reconventie, met bijlagen;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met bijlagen;
- de schriftelijke reactie van gedaagden op de conclusie van antwoord in reconventie en op de bijlagen.
2.De feiten
Artikel 10) Voorkeursrecht/koopoptie
Indien de huurder gedurende de eerste tien jaar van deze huurovereenkomst voornemens is om het gehuurde van verhuurder te kopen is hij gehouden hiervan verhuurder schriftelijk in kennis te stellen. Verhuurder en huurder komen overeen dat huurder het gehuurde kan kopen tegen een vooraf vastgestelde prijs van
Voorbehouden De koop wordt gesloten onder voorbehoud definitieve toestemming voor de verkoop van het betreffende onroerend goed en de overname van het lopende erfpachtcontract zonder substantiële wijzigingen, door Staatsbosbeheer. De notaris zal zorgdragen voor het aanvragen van deze toestemming.
3.Het geschil in conventie en in reconventie
- voor recht te verklaren dat [eisende partij] de koopoptie zoals omschreven in artikel 10a rechtsgeldig heeft ingeroepen en [eisende partij] recht heeft op afgifte en levering van het gehuurde;
- gedaagden te veroordelen tot afgifte en levering van het gehuurde tegen betaling van de koopsom van € 650.000,- door [eisende partij] , op straffe van een dwangsom;
- gedaagden te gebieden om een beroep te doen op de ontbindende voorwaarden die zijn opgenomen in de koopovereenkomst met [naam 2] en [naam 3] , op straffe van een dwangsom;
- gedaagden te veroordelen het achterstallig onderhoud zoals omschreven in punt 3.15 van de dagvaarding uit te voeren, op straffe van een dwangsom;
- gedaagden te veroordelen in de proceskosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
Voorkeursrecht/koopoptie’geen duidelijkheid biedt, is de inhoud van artikel 10a naar het oordeel van de kantonrechter niet voor tweeërlei uitleg vatbaar. In artikel 10a is een concrete koopsom bepaald, de geldigheidsduur is duidelijk en niet ter discussie staat dat de koopoptie op het gehuurde ziet. Dit aanbod is dan ook voldoende bepaalbaar. Uit artikel 10a volgt daarnaast dat [eisende partij] het gehuurde kan kopen voor de vooraf bepaalde koopsom nadat zij haar voornemen om het gehuurde te willen kopen schriftelijk aan [gedaagde 1] heeft kenbaar gemaakt. Het initiatief tot koop ligt dus bij [eisende partij] en geenszins volgt uit artikel 10a dat er slechts een aanbiedingsplicht bestaat vanuit [gedaagde 1] indien [gedaagde 1] voornemens is om het gehuurde te verkopen. Een taalkundige uitleg van artikel 10a leidt dan ook tot de conclusie dat sprake is van een koopoptie.
optie tot koop’ en ‘
het recht om op elk willekeurig moment het vastgoed ook aan te kopen’en ook uit de door [eisende partij] als productie 29 overgelegde
Bij de overname van het vastgoed is er sprake van langlopende verplichtingen. Mijn cliënt dient nog wel te ervaren hoe het is om een horeca-onderneming te exploiteren. Directe aankoop van het vastgoed is m.i. te risicovol. Mocht mijn cliënt na 1 of twee jaar constateren dat de horeca toch niet de tak van sport is die ze de komende 20-25 jaar wensen te doen, dan is het hebben van vastgoed niet wenselijk. Derhalve gaat de sterke voorkeur uit naar een huurrelatie met een optie tot koop”.
Dat je eruit mag komen [naam 3]”.