ECLI:NL:RBROT:2024:4187
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.J.J. Wetzels
- J. van den Bos
- M.G.L. de Vette
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een verschoningsverzoek in een faillissementszaak met betrekking tot Infinitascare B.V.
Op 6 mei 2024 heeft de rechtbank Rotterdam een verzoek tot verschoning toegewezen in een civielrechtelijke procedure waarbij Infinitascare B.V. betrokken is. De zaak betreft een verzoek tot faillietverklaring van Infinitascare B.V., ingediend door [persoon A], vertegenwoordigd door advocaat mr. G. Bloem. De rechter, mr. F. Damsteegt, heeft een verzoek tot verschoning ingediend omdat hij zich niet vrij voelde om de zaak te behandelen. Dit kwam voort uit het feit dat hij al een handelszaak had waarbij Infinitascare B.V. gedaagde was, wat de schijn van partijdigheid zou kunnen oproepen.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. In dit geval heeft de rechter geen aanwijzingen gevonden dat hij subjectief niet onpartijdig was, maar de omstandigheden rondom de zaak waren zodanig dat de vrees voor een gebrek aan onpartijdigheid objectief gerechtvaardigd was. De rechtbank concludeerde dat de aangevoerde omstandigheden een zwaarwegende aanwijzing opleverden voor de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid in het geding zou kunnen komen.
Daarom heeft de rechtbank het verzoek van mr. F. Damsteegt om zich te mogen verschonen toegewezen, zodat de verdere behandeling van de zaak door een andere rechter kan plaatsvinden. Deze beslissing is ondertekend door de rechters en de griffier op 6 mei 2024.