ECLI:NL:RBROT:2024:3304
Rechtbank Rotterdam
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen afwijzing handhavingsverzoek geluidschermen horecabedrijf
Op 20 maart 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster een voorlopige voorziening vroeg tegen de afwijzing van haar handhavingsverzoek met betrekking tot geluidschermen op een terras van een horecabedrijf in Dordrecht. Verzoekster had op 1 januari 2024 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op haar handhavingsverzoek. Het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht had het handhavingsverzoek op 23 januari 2024 afgewezen, maar had wel een dwangsom van € 1.442,- toegekend voor het niet tijdig nemen van een besluit. De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekster geen spoedeisend belang had bij de voorlopige voorziening, omdat de geluidschermen al lange tijd aanwezig waren en het horecabedrijf niet meer geëxploiteerd werd. De voorzieningenrechter verklaarde het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit niet-ontvankelijk en verwees het beroep tegen het bestreden besluit naar het college voor behandeling in bezwaar. Het verzoek om voorlopige voorziening werd afgewezen, omdat de voorzieningenrechter van mening was dat verzoekster het besluit op bezwaar kon afwachten. De rechtbank droeg het college op om het griffierecht aan verzoekster te vergoeden.