Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 april 2024, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- nadere producties van [eiser];
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [eiser].
- [eiser] en zijn gemachtigde;
- [naam 1] en [naam 2], zelfstandig vertegenwoordigingsbevoegd bestuurders van Zoutewelle, bijgestaan door de gemachtigde en een kantoorgenoot van de gemachtigde.
2.De beoordeling
“(…) Ik heb wel email geschreven, dat ik niet mee eens was, en je zou het terugdraaien (…)”en
“(…) Het feit, dat mijn salaris is verlaagd met 5% zonder mijn instemming vanaf januari 2018. Ik heb meerdere keren aangegeven, schriftelijk en verbaal, dat ik het niet mee eens ben (…)”. Met deze berichten heeft [eiser] de verjaring rechtsgeldig gestuit. Vervolgens is hij binnen een termijn van 5 jaar deze procedure gestart. Van verjaring is daarom geen sprake.
3.De beslissing
donderdag 23 januari 2025 om 11:30 uurin tweevoud moet zijn ontvangen op de rechtbank;
donderdag 23 januari 2025 om 11:30 uurin tweevoud moet zijn ontvangen op de rechtbank;
beidepartijen voor de maanden mei tot en met augustus 2025;