In deze zaak, die voor de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om een effectenleaseovereenkomst tussen DEXIA NEDERLAND B.V. en de gedaagde partij. De gedaagde heeft twee leaseovereenkomsten ondertekend, waarbij DEXIA als wederpartij fungeerde. De procedure begon met een dagvaarding op 18 augustus 2022, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De gedaagde heeft in totaal € 6.600,52 aan restschuld betaald, maar stelt dat zij te veel heeft betaald op basis van de overeenkomst II, die eindigde met een restschuld van € 13.033,13. DEXIA vorderde een verklaring voor recht dat zij aan al haar verbintenissen heeft voldaan en dat de gedaagde niets meer van hen te vorderen heeft. De kantonrechter heeft vastgesteld dat DEXIA haar zorgplichten heeft geschonden en dat er een causaal verband is tussen de schade van de gedaagde en de onrechtmatige daad van DEXIA. Uiteindelijk heeft de kantonrechter geoordeeld dat DEXIA met betrekking tot de overeenkomst met contractnummer [nummer 1] aan al haar verbintenissen heeft voldaan, maar dat de gedaagde recht heeft op schadevergoeding met wettelijke rente voor de overeenkomst met contractnummer [nummer 2]. DEXIA is veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn vastgesteld op € 677,00.