Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 november 2024 in de zaak tussen
[naam eiser] , uit [plaats 1] , eiser
Inleiding
.Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Rechtbank Rotterdam
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 25 november 2024, wordt het beroep van eiser tegen een boete van € 4.500,- voor een overtreding van de Wet dieren beoordeeld. De boete werd opgelegd door verweerder naar aanleiding van een rapport van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) dat ernstige voetzoollaesies bij vleeskuikens vaststelde. Eiser betwist de overtreding en stelt dat de toezichthouder zich niet aan het monitoringsprotocol heeft gehouden en dat de deskundigheid ontbreekt. De rechtbank behandelt de argumenten van eiser en concludeert dat de NVWA-dierenarts op basis van de bevindingen in de rapporten van 15 april 2020 en 12 februari 2021 terecht heeft vastgesteld dat er sprake was van slechte dierenwelzijnsomstandigheden. De rechtbank oordeelt dat eiser geen passende maatregelen heeft genomen om het dierenwelzijn te verbeteren, zoals vereist door artikel 2.53 van het Besluit houders van dieren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de boete.