ECLI:NL:RBROT:2024:11277

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 november 2024
Publicatiedatum
13 november 2024
Zaaknummer
11193602 CV EXPL 24-3049
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Pakketreisovereenkomst en de voorwaarden voor deelname aan riviercruise

In deze zaak heeft eiser, een 77-jarige consument, een pakketreisovereenkomst gesloten met gedaagde, een reisdienstverlener gespecialiseerd in riviercruises. Eiser heeft voor een riviercruise over de Donau een bedrag van € 4.033,50 betaald. Na de boeking heeft eiser zijn heup gebroken, maar hij heeft de reis niet geannuleerd. Op de dag van vertrek werd eiser door de reisbegeleider van gedaagde geweigerd omdat hij niet 'fit to travel' was. Gedaagde heeft eiser voldoende gewaarschuwd over de voorwaarden van deelname aan de reis, waaronder de eis van mobiliteit. De kantonrechter oordeelt dat het beding dat gedaagde het recht geeft om een reiziger te weigeren die niet 'fit to travel' is, niet oneerlijk is. Eiser heeft geen recht op terugbetaling van de reissom, omdat hij niet aan de voorwaarden voldeed. De vorderingen van eiser worden afgewezen en hij wordt in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 11193602 CV EXPL 24-3049
datum uitspraak: 14 november 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser],
woonplaats [plaatsnaam 1] ,
eiser,
gemachtigde: mr. I.P. Sigmond,
tegen
[gedaagde],
vestigingsplaats [plaatsnaam 2] ,
gedaagde,
vertegenwoordigd door: [naam 1] ,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘ [eiser] ’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 1 juli 2024, met bijlagen 1 tot en met 7;
  • de aantekeningen van de rolzitting van 18 juli 2024;
  • het antwoord van 18 juli 2024, met ongenummerde bijlagen;
  • de brief van [eiser] aan de rechtbank van 27 september 2024.
1.2.
Op 16 oktober 2024 is de zaak tijdens een zitting besproken. Daarbij waren aanwezig:
  • [eiser] ;
  • mr. Sigmond, voornoemd;
  • [naam 1] , voornoemd.

2.Samenvatting

[eiser] heeft een pakketreisovereenkomst gesloten met [gedaagde] . Het ging om een riviercruise over de Donau. [eiser] heeft voor deze reis voor € 4.033,50 betaald. [eiser] heeft na de boeking zijn heup gebroken. Hij heeft de reis niet geannuleerd. [eiser] mocht op het laatste moment niet mee, omdat hij naar het oordeel van [gedaagde] niet “fit to travel” was en onvoldoende mobiel. [gedaagde] heeft [eiser] voldoende gewaarschuwd. Het beding is niet oneerlijk. [gedaagde] hoeft de reissom niet terug te betalen.

3.De feiten

3.1.
[gedaagde] een reisdienstverlener, gespecialiseerd in riviercruises. Zij handelt ook onder de naam “ [handelsnaam] ”. [naam 1] is bestuurder van [gedaagde] .
3.2.
[eiser] is een consument. Hij is 77 jaar oud.
3.3.
Op 6 april 2023 heeft [eiser] op het kantoor van [gedaagde] een cruise, de “Ontdekking van de Donaudelta”, geboekt. Frienship heeft [eiser] diezelfde dag per e-mail een boekingsbevestiging gestuurd, waardoor een overeenkomst tot stand is gekomen. [gedaagde] verbond zich onder deze overeenkomst om vervoer per touringcar van Veenendaal naar Passau, een riviercruise over de Donau, excursies aan land en vervoer van Passau naar Veenendaal te verzorgen. De geplande vertrekdatum was 8 september 2023. [eiser] heeft een bedrag van € 680,33 aanbetaald.
3.4.
Op 5 juli 2023 heeft [eiser] [gedaagde] gemaild dat hij op 27 juni 2023 zijn heup had gebroken. [eiser] heeft geschreven dat hij de reis wel wil maken, maar dat hij de excursies aan land wil annuleren.
3.5.
Op 6 juli 2023 heeft [gedaagde] [eiser] onder meer het volgende teruggeschreven:
“Goed dat u contact opneemt met ons over uw reis. We hebben uw situatie doorgenomen en ik zou de mogelijkheden op deze reis graag met u doorspreken. Het is namelijk van belang dat u wel fit genoeg bent om deze 17-daagse reis naar de Donaudelta te maken. Er is namelijk wel een lift aan boord, maar u dient wel trappen te kunnen lopen in het geval van calamiteiten. Ook kan het gebeuren dat we dubbel aangemeerd liggen en dat u, als u van boord gaat/moet, over het zonnedek van het naastgelegen schip moet gaan. Het zonnedek is niet met de lift bereikbaar. U kunt ervan uitgaan dat u niet altijd de lift kunt gebruiken, maar dat u soms ook trappen dient te lopen. Omdat u alleen reist, dient u ook zelfstandig alle afstanden te kunnen lopen.
(…)
Ten slotte hoopt u dat de afstanden aan boord te zijner tijd wel te doen zijn, maar u dient er wel van op de hoogte te zijn dat een annuleringsverzekering niet akkoord gaat met een eventuele annulering die u vlak voor vertrek in september zou doen op basis van een gebroken heup in juni. 'Verwacht herstel’ dat tegenvalt is namelijk geen reden om uw geld terug te kunnen krijgen. Graag spreek ik deze reis telefonisch met u door, maar ik kan u nu uiteraard niet bereiken op het vaste nummer vanwege uw verblijf in Brunswijk. Zou u ons kunnen terugbellen op
onderstaand nummer?”
3.6.
Dit telefoongesprek heeft niet plaatsgevonden. [eiser] heeft op 7 juli 2023 onder meer geschreven:
“Natuurlijk ga ik af op het advies van de artsen en wat er op dat moment mogelijk is”.
3.7.
[gedaagde] heeft de excursies aan land kosteloos geannuleerd. Bij e-mail van 7 juli 2023 heeft [gedaagde] de gewijzigde pakketreisovereenkomst bevestigd. In de e-mail met als onderwerp “Bevestiging van uw riviercruise met [gedaagde] Riviercruises - [handelsnaam] ” staat onder meer:
“In de bijlage van deze e-mail treft u de factuur van de door u geboekte cruise aan. Deze factuur is tevens de bevestiging van uw boeking. Indien u nog vragen heeft, laat het ons gerust weten, telefonisch via [telefoonnummer] 300 of per e-mail via [e-mailadres]
Mijn [handelsnaam]
In uw persoonlijke 'mijn omgeving' heeft u altijd controle op uw reservering. In deze online omgeving vindt u een overzicht van uw gegevens, kunt u de door u geboekte reis bekijken en uw factuur en betalingsstatus inzien.
Ga hiervoor naar: mijn.destintravel.nl/login
Voor het inloggen heeft u uw e-mailadres (dat u hebt opgegeven bij boeking) en het reserveringsnummer 32300820 van uw boeking nodig. Deze gegevens kunt u tevens terugvinden op de factuur van uw reservering.”
3.8.
Bij de e-mail zat een aangepaste factuur voor een bedrag van € 4.033,50. Op de factuur is ook de aanbetaling van € 680,33 vermeld. Die aanbetaling had [eiser] al gedaan. Het restantbedrag van € 3.353,10 moest [eiser] uiterlijk op 28 juli 2023 hebben betaald.
3.9.
Bij de e-mail met de boekingsbevestiging zat ook één pagina met belangrijke informatie over onder meer betalingsvoorwaarden, verzekeringen, mobiliteit/ fit to travel en een staffel met annuleringskosten. Op deze pagina staat onder meer:

Voorwaarden ANVR, SGR en Calamiteitenfonds
Op deze reis zijn de ANVR Reis- en boekingsvoorwaarden van toepassing. Voor deze cruise gelden aangepaste
voorwaarden welke u op onze website terug vindt. Tevens zijn op deze overeenkomst de voorwaarden van de
garantieregeling van de Stichting Calamiteitenfonds Reizen (CFR) respectievelijk van de Stichting Garantiefonds Reisgelden (SGR) van toepassing. Meer informatie kunt u vinden op: anvr.nl, sgr.nl, calamiteitenfonds.nl en onze aanvullende voorwaarden op www.destintravel.nl/riviercruises.
(…)
Mobiliteit / Fit to Travel
We wijzen u erop dat u alleen een rollator of rolstoel mag meenemen als u dit bij reservering heeft aangevraagd en deze door ons is bevestigd. Het aantal toegestane rolstoelen / collators is per afvaart strikt gelimiteerd. Daarnaast is het niet toegestaan uw rollator of rolstoel aan boord te gebruiken. Wenst u een rollator of rolstoel mee te nemen? Vraagt u dit dan aan bij onze Travel Consultants.”
3.10.
In de algemene voorwaarden van [gedaagde] staat:

Fit-to-travel
Welke reis is voor u geschikt? Soms boeken deelnemers een reis, die eigenlijk niet bij hen past. De reis voldoet dan niet aan de verwachtingen en is misschien ook wel lichamelijk te intensief. Lees daarom altijd goed de informatie door en laat u, als u vragen heeft, goed informeren door onze cruisespecialisten. We benadrukken dat alle deelnemers zelfstandig aan de reis moeten kunnen deelnemen. Heeft u persoonlijke hulp of begeleiding nodig, dan dient u hiervoor zelf een reisgenoot mee te nemen. Uw medereizigers zijn zelf ook op vakantie en wij willen geen aanspraak maken op hun diensten. Ook de bemanning van het schip of een cruiseleader zijn voor deze individuele begeleiding niet aangesteld.
(…)
Mobiliteit
Wij wijzen u erop dat u over een normale basisconditie dient te beschikken en een goede mobiliteit noodzakelijk is. U dient gemakkelijk afstanden te kunnen lopen, trappen te kunnen nemen en zelfstandig, eventueel met behulp van uw medereiziger (binnen dezelfde boeking) in en uit de touringcar en op en af uw hotelschip te geraken. Het kan zijn dat deelname aan sommige programmaonderdelen i.v.m. een beperkte mobiliteit niet haalbaar is, in welk geval geen restitutie op de reissom verleend zal worden. Twijfelt u of de cruise van uw keuze geschikt is voor u of wilt u uw situatie persoonlijk toelichten, neem dan contact op met onze cruisespecialisten.
(…)
Uitsluiting en aansprakelijkheid
1. Wanneer blijkt dat een deelnemer fysieke of psychische afwijkingen vertoont, dan wel zich aan wangedrag schuldig maakt, zodanig dat een goede uitvoering van de reis daardoor naar ons oordeel in sterke mate wordt bemoeilijkt, kan deze deelnemer van (verdere) deelneming worden uitgesloten. Alle daaruit voortvloeiende kosten komen voor zijn/haar rekening. De betrokken deelnemer heeft dan geen recht op restitutie van de reissom of een gedeelte daarvan.”
3.11.
Ook de rederij die de riviercruise uitvoert (Lüftner Cruises), gebruikt algemene voorwaarden. Daarin staat onder meer:
“On all ships, passengers must be able to descend and ascend stairs and ramps without a walker or wheelchair on their way to and from the ship.
(…)
The Carrier reserves the right not to admit to the ship, to confine to the cabin or to quarantine any person suffering from a contagious or infectious disease or who, after consultation with the Fleet Health Officer, is unfit to travel in the particular circumstances of this cruise or whose presence would be detrimental to the comfort, safety or welfare of others on board or on excursions, etc.
(…)”
3.12.
Bij e-mail van 26 juli 2023 heeft [eiser] aan [gedaagde] gevraagd of hij mocht wachten met het betalen van het restantbedrag totdat hij op 21 augustus 2023 zijn chirurg had gesproken. [eiser] wilde pas betalen als zou blijken dat hij goed genoeg hersteld was om de reis te kunnen maken. [gedaagde] vond dit niet goed. Zij heeft op 26 juli 2023 onder meer teruggeschreven:
“Mocht op 21 augustus uiteindelijk toch blijken dat u niet mee kunt op reis, dan kunt u de reis bij ons annuleren volgens de op dat moment geldende annuleringstaffel en krijgt u het restant van de betaling van ons retour.
Uitgaande van 21 augustus, valt dat binnen de staffel van 25 dagen tot 15 dagen voorvertrek. Bij annulering zijn de kosten op dat moment 90% van de totale reissom.
Van ons krijgt u dan 10% van de totale reissom retour. Voor de overige 90% kunt u een claim indienen bij uw annuleringsverzekering en is het aan uw verzekering of zij tot uitbetaling overgaan.”
3.13.
[eiser] heeft op 26 juli 2023 het restant van de reissom betaald.
3.14.
Op 13 augustus 2023 heeft een telefoongesprek plaatsgevonden tussen [eiser] en een medewerker van [gedaagde] ( [naam 2] ). Van dit gesprek heeft [gedaagde] een notitie gemaakt, die luidt:
“(GJL): meneer heeft een update gegeven, herstel duurt langer dan verwacht, maar hij wil alsnog de reis maken. Meneer de informatie uit de mail van 6/7 herbevestigd, meneer is op de hoogte van de risico's. Hij besluit toch mee te gaan.”
3.15.
Op 8 september 2023 is [eiser] vanuit het Van der Valk Hotel in Veenendaal in de touringcar naar Passau gestapt. Hij gebruikte daarbij een opvouwbaar looprek. Hij reisde alleen. De reisbegeleider van [gedaagde] heeft [eiser] in de touringcar gezegd dat hij niet aan de reis kon deelnemen, omdat hij niet ‘fit-to-travel’ was. [eiser] heeft de touringcar verlaten en is naar huis gegaan.
3.16.
[gedaagde] heeft de betaalde reissom niet aan [eiser] terugbetaald.

4.Het geschil

4.1.
[eiser] eist samengevat:
  • [gedaagde] te veroordelen aan hem te betalen een hoofdsom van € 4.033,50, de buitengerechtelijke incassokosten van € 638,00, een schadevergoeding van € 100,00 en een immateriële schadevergoeding van € 1.000,00, alles vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de dagvaarding;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4.2.
[eiser] baseert de eis op het volgende. [gedaagde] is tekortgekomen in de nakoming van de reisovereenkomst door [eiser] te beletten om aan de reis deel te nemen. [eiser] heeft de reisovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden en [gedaagde] moet de reissom terugbetalen. [eiser] heeft € 100,00 aan kosten moeten maken om weer thuis te komen. De ellendige terugreis rechtvaardigt een immateriële schadevergoeding van € 1.000,00.
4.3.
[gedaagde] is het niet eens met de eis. Op haar verweren wordt hierna ingegaan.

5.De beoordeling

[gedaagde] heeft aan haar informatieverplichtingen voldaan
5.1.
De overeenkomst tussen [eiser] en [gedaagde] is een pakketreisovereenkomst [1] . Daarover zijn partijen het eens. Een van de uitzonderingen in artikel 7:501 BW doet zich niet voor, zodat titel 7A van Boek 7 BW op de overeenkomst van toepassing is. De overeenkomst is niet op afstand of buiten de verkoopruimte tot stand gekomen. [eiser] heeft is bij [gedaagde] op kantoor verschenen en heeft daar mondeling zijn reis geboekt. Nadien is de overeenkomst langs elektronische weg (een boekingsbevestiging per e-mail) tot stand gekomen.
5.2.
De pakketreisovereenkomst moet aan bepaalde eisen voldoen [2] . In het bijzonder moet de overeenkomst alle in de wet opgesomde informatie bevatten [3] . Die informatie moet ook al voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst aan de reiziger worden verstrekt [4] .
5.3.
Vast staat dat [eiser] op 7 juli 2023 een boekingsbevestiging heeft ontvangen van de gewijzigde pakketreis. Ook staat vast dat [eiser] bij die e-mail de informatie heeft ontvangen die hiervoor onder de feiten is weergegeven. [eiser] heeft erkend dat [gedaagde] “op zich de informatie [heeft] verschaft ex artikel 7:504 lid 3 bw” en de kantonrechter constateert dat ook ambtshalve. Deze informatie is ook op de website van [gedaagde] te vinden. [eiser] kon dus ook al voor hij een overeenkomst met [gedaagde] sloot van deze informatie kennisnemen.
5.4.
[eiser] heeft verklaard dat hij de schriftelijke overeenkomst die eerder op 6 april 2023 is gesloten niet meer heeft. [gedaagde] heeft die ook niet overgelegd, maar heeft onbetwist gesteld dat op 6 april 2023 een boekingsbevestiging in dezelfde bewoordingen, vergezeld van dezelfde informatie is gestuurd. De kantonrechter kan niet ambtshalve vaststellen of [gedaagde] ook op 6 april 2023 aan haar informatieverplichtingen heeft voldaan, maar omdat [eiser] zijn vordering baseert op de gewijzigde overeenkomst van 7 juli 2023, is dat ook niet nodig.
[gedaagde] is niet tekortgekomen in de nakoming
5.5.
[eiser] stelt dat [gedaagde] is tekortgekomen in de nakoming van de pakketreisovereenkomst door [eiser] niet aan de cruise te laten deelnemen.
5.6.
[gedaagde] betwist dat. Zij voert het volgende aan. [eiser] gaat eraan voorbij dat ook is overeengekomen dat een reiziger, zoals [eiser] , “fit-to-travel” moet zijn en moet beschikken over voldoende mobiliteit. Dat betekent voor deelname aan een riviercruise dat een reiziger over een normale basisconditie moet beschikken, gemakkelijk afstanden moet kunnen lopen, trappen moet kunnen nemen, zelfstandig in en uit de touringcar moet kunnen stappen en op en van boord moet kunnen gaan. Als aan deze voorwaarde niet is voldaan, mag [gedaagde] de reiziger weigeren en heeft de reiziger geen recht op terugbetaling van de reissom. [gedaagde] onderbouwt haar betwisting onder verwijzing naar haar algemene voorwaarden en de overige informatie die zij [eiser] voor en na het boeken heeft gegeven en ook naar de waarschuwingen in haar e-mails van 6 en 26 juli 2023 en het telefoongesprek op 13 augustus 2023. Op 8 september 2023 bleek dat [eiser] niet aan deze voorwaarden voldeed. [gedaagde] mocht hem daarom weigeren. [eiser] kon daarom de overeenkomst niet ontbinden en [gedaagde] hoeft de betaalde reissom niet terug te betalen. Omdat [gedaagde] niet is tekortgekomen in de nakoming, is er ook geen plaats voor schadevergoeding, aldus [gedaagde] .
5.7.
[eiser] voert als verweer dat [gedaagde] geen beroep toekomt op deze bedingen. De bedingen in de algemene voorwaarden zijn vernietigbaar, omdat [gedaagde] aan [eiser] geen redelijke mogelijkheid heeft geboden om van de bedingen kennis te nemen [5] . [eiser] heeft de bedingen buitengerechtelijk vernietigd. Bovendien zijn de bedingen onredelijk bezwarend of worden zij vermoed dat te zijn, omdat [gedaagde] zelf bepaalt of een reiziger zoals [eiser] niet “fit to travel” of onvoldoende mobiel is en daardoor van zijn kant tekort komt in de nakoming van de reisovereenkomst [6] . [eiser] heeft ook aangevoerd dat de beoordeling van zijn “fitness to travel” op onzorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden. [gedaagde] hanteert geen objectief criterium en daardoor is de beslissing willekeurig, aldus [eiser] .
5.8.
De kantonrechter oordeelt als volgt. De algemene voorwaarden van [gedaagde] en de ANVR-voorwaarden maken deel uit van de overeenkomst, omdat [gedaagde] dat bij de boeking heeft bedongen. [gedaagde] heeft [eiser] een redelijke mogelijkheid geboden om van deze algemene voorwaarden kennis te nemen. [gedaagde] heeft [eiser] die gelegenheid geboden via elektronische weg [7] . Bij de boekingsbevestiging van 7 juli 2023 die [eiser] per e-mail ontving, is een pagina gevoegd met belangrijke informatie en daarop staat dat [eiser] “fit to travel” moet zijn. Op die pagina staat ook de vindplaats van de algemene voorwaarden van [gedaagde] en van de ANVR. [gedaagde] heeft gemotiveerd weersproken dat een bezoeker van de site van [gedaagde] “op weinig inzichtelijke wijze [moet] klikken omdat op de site geen directe link is naar de algemene voorwaarden.” Indien de algemene voorwaarden zonder noemenswaardige inspanning gevonden kunnen worden op of via de website waarnaar is verwezen, moet worden aangenomen dat de algemene voorwaarden gemakkelijk elektronisch toegankelijk zijn [8] . Dat is weliswaar door de Hoge Raad uitgemaakt met betrekking tot artikel 6:230c BW, maar de kantonrechter ziet niet in waarom diezelfde norm niet zou gelden voor artikel 6:234 lid 2 BW. De bedingen waarop [gedaagde] zich beroept, zijn daarom niet vernietigbaar op grond van artikel 6:233 aanhef en onder b BW. Daar komt bij dat [eiser] ook na het tot stand komen van de overeenkomst met [gedaagde] heeft gemaild en gebeld over de vraag of hij als gevolg van zijn heupletsel “fit to travel” zou zijn. Hij heeft er aldus blijk van gegeven dat hij wist dat [gedaagde] die eis stelde. Tegen die achtergrond is het beroep op vernietigbaarheid van de desbetreffende bedingen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar [9] .
5.9.
De bedingen zijn ook niet onredelijk bezwarend [10] . De kantonrechter legt uit waarom.
5.10.
[eiser] heeft zich beroepen op Richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten (Pb L95/29), hierna kortweg Richtlijn 93/13/EEG, meer in het bijzonder het bepaalde in artikel 3. Dat artikel en het in dit verband ook relevante artikel 4 lid 1 van Richtlijn 93/13/EEG luidt:
“Artikel 3
1. Een beding in een overeenkomst waarover niet afzonderlijk is onderhandeld, wordt als oneerlijk beschouwd indien het, in strijd met de goede trouw, het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort.
2 Een beding wordt steeds geacht niet het voorwerp van afzonderlijke onderhandeling te zijn geweest wanneer het, met name in het kader van een toetredingsovereenkomst, van tevoren is opgesteld en de consument dientengevolge geen invloed op de inhoud ervan heeft kunnen hebben. (...)
Artikel 4
1. Onverminderd artikel 7 worden voor de beoordeling van het oneerlijke karakter van een beding van een overeenkomst alle omstandigheden rond de sluiting van de overeenkomst, alsmede alle andere bedingen van de overeenkomst of van een andere overeenkomst waarvan deze afhankelijk is, op het moment waarop de overeenkomst is gesloten in aanmerking genomen, rekening houdend met de aard van de goederen of diensten waarop de overeenkomst betrekking heeft.”
5.11.
Over de onder 3.10 geciteerde bedingen is niet onderhandeld. Zij vallen binnen het bereik van Richtlijn 93/13/EEG. De bedingen geven, in samenhang, [gedaagde] het recht om de reisovereenkomst te ontbinden zonder restitutie van de betaalde reissom, indien zij bij aanvang van de reis vaststelt dat een reiziger niet “fit to travel” is. De kantonrechter legt de bedingen zo uit, dat op de reiziger de verbintenis rust om “fit to travel” te zijn op het moment dat de reis begint. Is de reiziger dat niet, dan komt hij in de nakoming van die verbintenis tekort en dan mag [gedaagde] de overeenkomst ontbinden [11] . Het gevolg van een geslaagd beroep op ontbinding is, dat de verbintenissen over een weer ongedaan worden gemaakt, maar ook dat de partij die in de nakoming tekort komt schadeplichtig kan zijn. In dit geval is de schadevergoeding gefixeerd op het bedrag van de reissom. In zoverre verstoort het beding de rechten van [eiser] uit de overeenkomst niet aanzienlijk. Daarbij neemt de kantonrechter de volgende omstandigheden in aanmerking:
  • de bedingen dienen het belang van de reiziger zelf. Dat belang wordt in de algemene voorwaarden ook duidelijk benoemd. De reis voldoet mogelijk niet aan de verwachtingen en is lichamelijk te intensief als een reiziger onvoldoende mobiel is en niet “fit to travel”. Er is geen hulp beschikbaar: de bemanning van het schip of een cruiseleader zijn voor individuele begeleiding niet aangesteld;
  • in de tweede plaats dienen de bedingen de veiligheid aan boord. [gedaagde] heeft onbetwist gesteld dat haar algemene voorwaarden aansluiten op die van de rederij, in dit geval Lüftner Cruises, die op haar beurt heeft bedongen dat passagiers zelfredzaam moeten zijn. Zijn zij dat niet, dan leveren zij mogelijk een gevaar op voor anderen;
  • in de derde plaats dienen de bedingen de belangen van de overige reizigers, die zich niet hoeven aan te passen aan het tempo van een onvoldoende mobiele medepassagier;
  • in de vierde plaats dienen de bedingen de belangen van [gedaagde] , die immers schade zou lijden, indien zij van haar kant de overeenkomst is nagekomen ( [eiser] had een plaats op de cruise) en toch de reissom moet terugbetalen. Daarbij neemt de kantonrechter in aanmerking dat evenmin oneerlijk is bevonden het beding in de ANVR-voorwaarden, dat inhoudt dat de reiziger die op de dag van vertrek of later annuleert, de reissom niet terugkrijgt. Het is ongewenst, indien een reiziger die zelf annuleert, bijvoorbeeld na een gebroken heup, de reissom niet terugkrijgt, terwijl een reiziger die tekort komt in de nakoming door “unfit to travel” op het opstappunt te verschijnen, de reissom wel terug krijgt.
5.12.
Artikel 7:509 lid 5 onder b BW, waarop [eiser] zich nog heeft beroepen. is hier niet van toepassing. Dat artikel heeft - kortweg - betrekking op het recht van de reisorganisator om de overeenkomst te beëindigen, bijvoorbeeld als er te weinig reizigers zijn.
5.13.
De kantonrechter heeft ambtshalve nog onderzocht of andere bedingen in de algemene voorwaarden, die voor de beoordeling van deze zaak van belang zijn, oneerlijk zijn. Dat is niet gebleken.
5.14.
De slotsom is dat [gedaagde] niet is tekortgekomen in de nakoming van de pakketreisovereenkomst. [eiser] kon de overeenkomst daarom niet ontbinden en [gedaagde] hoeft geen schadevergoeding te betalen. [eiser] is wel tekortgekomen in de nakoming. [gedaagde] mocht daarom ontbinden. [gedaagde] hoeft de reissom niet terug te betalen, omdat zij dat rechtsgeldig heeft bedongen.
Het is niet onaanvaardbaar dat [gedaagde] zich op de bedingen beroept
5.15.
De kantonrechter vat de stelling van [eiser] dat de beoordeling van zijn “fitness to travel” op onzorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden op als een beroep op de redelijkheid en billijkheid [12] . De kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van omstandigheden die maken dat het onaanvaardbaar is dat [gedaagde] zich op de bedingen beroept. Daartoe worden de volgende omstandigheden in aanmerking genomen:
  • [eiser] is reeds op 6 juli 2023 schriftelijk gewaarschuwd, dat zijn annuleringsverzekering de annuleringskosten niet zou vergoeden als hij wachtte met annuleren in de hoop op een voorspoedig herstel;
  • op 13 augustus 2023 is [eiser] opnieuw gewaarschuwd, deze keer telefonisch en hij heeft er opnieuw voor gekozen de reis niet te annuleren; [gedaagde] heeft tijdens de mondelinge behandeling onweersproken gesteld dat zij [eiser] de keuze heeft gegeven om (i) een begeleider mee te nemen; (ii) een ander in zijn plaats te laten reizen en (iii) de reis te annuleren;
  • [eiser] heeft ervan afgezien om een begeleider mee te nemen of de reis te annuleren en hij heeft het erop gewaagd;
  • door op 8 september 2023 zonder begeleider op de opstapplaats voor de reis te verschijnen, heeft hij [gedaagde] voor het blok geplaatst. De reisbegeleider moest ter plaatse beslissen of [eiser] “fit to travel” was. Anders dan [eiser] aanvoert, is het niet mogelijk om daarvoor eenduidige criteria toe te passen. [eiser] heeft erkend dat hij afhankelijk was van het looprek dat hij had meegenomen. De desbetreffende reisbegeleider heeft schriftelijk verklaard dat [eiser] “duidelijk heel slecht ter been [is] (schuifelt moeizaam)”, “het instappen kan hij niet zonder hulp” en dat zij “grotere problemen voorzag bij het aan en van het schip gaan en bij alle noodzakelijke verplaatsingen aan boord”. [eiser] betwist dat de verklaring klopt, maar dat doet hij onvoldoende gemotiveerd;
  • [gedaagde] heeft verklaard dat de beslissing om [eiser] als passagier te weigeren genomen is, nadat de reisbegeleider naar het hoofdkantoor had gebeld en haar observaties had gedeeld. De beslissing is uiteindelijk genomen door [naam 1] en [naam 2] , in overleg met de desbetreffende reisbegeleider, aldus [gedaagde] . Die lezing vindt steun in de schriftelijke verklaring van de reisbegeleider en de betwisting van [eiser] is onvoldoende gemotiveerd. Deze gang van zaken wijst niet op een overhaaste beslissing;
  • [gedaagde] heeft onweersproken gesteld, dat indien zij [eiser] wel naar Passau had gebracht, de rederij [eiser] mogelijk niet aan boord had laten gaan. In dat geval was [eiser] in Passau gestrand;
  • [gedaagde] had op 8 september 2023 niet meer de mogelijkheid om een andere deelnemer te vinden die de plaats van [eiser] kon innemen. Voor [gedaagde] zou het terugbetalen van de reissom verlies van omzet, dus schade betekenen.
Slotconclusie
5.16.
De slotconclusie is dat de vorderingen van [eiser] worden afgewezen.
[eiser] wordt in de proceskosten veroordeeld
5.17.
[eiser] wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld. Dat betekent dat hij zijn eigen kosten moet dragen. [gedaagde] heeft zonder gemachtigde geprocedeerd. De proceskosten aan de kant van [gedaagde] worden begroot op nihil.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vorderingen af,
6.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten die worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.D. Olden en in het openbaar uitgesproken.

Voetnoten

1.Artikel 7:500 aanhef en onder c BW.
2.Artikel 7:504 BW.
3.Artikel 7:502 lid 1 BW jo. 7:504 lid 3 BW.
4.Artikel 7:502 lid 1 BW.
5.Artikel 6:233 aanhef en onder b BW.
6.Artikel 6:236 aanhef en onder d BW.
7.Artikel 6:234 lid 2 BW.
8.HR 2 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:835.
9.Artikel 6:248 lid 2 BW.
10.Artikel 6:233 aanhef en onder a BW.
11.Het gaat niet om een “ontbindende voorwaarde” zoals bedoeld in artikel 6:22 BW. Dat zou alleen zo zijn, indien [eiser] zich het recht had voorbehouden om de overeenkomst van zijn kant te ontbinden, indien hij niet “fit to travel” zou zijn. Het gaat ook niet om opzegging, zodat artikel 6:237 aanhef en onder 1 BW toepassing mist.
12.Artikel 6:248 lid 2 BW.