ECLI:NL:RBROT:2024:11247

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 november 2024
Publicatiedatum
13 november 2024
Zaaknummer
11065215 CV EXPL 24-11068
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Betwisting van de nakoming van een leaseovereenkomst en identiteitsfraude

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 1 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Collect Car B.V., handelend onder de naam Greenwheels, en ZEKER Financiële Zorgverlening B.V., in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [naam 1]. Greenwheels vorderde betaling van € 2.774,55 van ZEKER, die de vordering betwistte op grond van identiteitsfraude. Greenwheels stelde dat er op 21 september 2022 een leaseovereenkomst tot stand was gekomen met [naam 1], maar ZEKER betwistte dit en voerde aan dat [naam 1] slachtoffer was van identiteitsfraude. De kantonrechter oordeelde dat Greenwheels niet voldoende bewijs had geleverd dat er daadwerkelijk een overeenkomst was gesloten. De bewijslast lag bij Greenwheels, maar zij slaagde er niet in om de nodige documenten te overleggen die de sluiting van de overeenkomst bevestigden. De kantonrechter concludeerde dat de vordering van Greenwheels moest worden afgewezen, omdat niet was komen vast te staan dat er een overeenkomst was gesloten. Daarnaast werd Greenwheels veroordeeld in de proceskosten van ZEKER, die op € 595,00 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11065215 CV EXPL 24-11068
datum uitspraak: 1 november 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Collect Car B.V., die handelt onder de naam Greenwheels,
vestigingsplaats: Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. drs. J.J.F.M. Konings,
tegen
ZEKER Financiële Zorgverlening B.V., in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [naam 1],
vestigingsplaats: Almere,
gedaagde,
gemachtigde: mr. W.J. Oomkes.
De partijen worden hierna ‘Greenwheels’ en ‘ZEKER’ genoemd. De onderbewindgestelde wordt hierna ‘[naam 1]’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 27 maart 2024, met bijlagen;
  • het antwoord, met bijlagen;
  • de brief van 17 juni 2024, waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
1.2.
Op 2 oktober 2024 is de zaak tijdens een zitting besproken. Daarbij waren aanwezig: [naam 2] en [naam 3], beiden namens de gemachtigde van Greenwheels. Voorts waren aanwezig [naam 4] namens ZEKER, [naam 1] en de heer Oomkes.

2.De feiten

2.1.
Greenwheels is een onderneming die zich bezig houdt met het verhuren c.q. leasen van personenauto’s en lichte bedrijfsauto’s. Personen kunnen via de website van Greenwheels een lease-abonnement afsluiten. De overeenkomst wordt daarbij ondertekend via e-mandate.
2.2.
Personen die een overeenkomst hebben gesloten met Greenwheels zijn verplicht een maandelijks bedrag aan abonnementskosten aan Greenwheels te betalen. Daarbovenop worden door Greenwheels bij gebruik van een auto ritkosten in rekening gebracht. Voorts komen op basis van de algemene voorwaarden van Greenwheels bekeuringen en aanslagen voor verkeersovertredingen en parkeerbelasting voor risico en rekening van de gebruiker van de auto.
2.3.
Greenwheels heeft op 7 oktober 2022 € 972,27 aan abonnementskosten en ritkosten gefactureerd op naam van [naam 1]. Voorts heeft Greenwheels op 21 oktober 2022 € 1.300,85 aan ritkosten en administratiekosten voor bekeuringen gefactureerd op naam van [naam 1].

3.Het geschil

3.1.
Greenwheels eist samengevat:
  • ZEKER te veroordelen haar te betalen € 2.774,55 met rente;
  • ZEKER te veroordelen in de proceskosten met rente;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Het bedrag dat wordt geëist, bestaat uit de hoofdsom van € 2.273,12, rente van € 88,68 en buitengerechtelijke kosten van € 412,57.
3.2.
Greenwheels baseert de eis op het volgende. Greenwheels stelt dat er op 21 september 2022 een overeenkomst tot stand is gekomen tussen haar en [naam 1]. Volgens Greenwheels is de overeenkomst via e-mandate ondertekend door [naam 1]. Daarbij zou het rijbewijs van [naam 1] door Greenwheels geverifieerd zijn en door [naam 1] een waarborgsom van € 50,00 aan Greenwheels zijn betaald. Greenwheels heeft voor de periode van 22 september 2022 tot en met 31 oktober 2022 de maandelijkse abonnementskosten, ritkosten voor het gebruik van verschillende auto’s en administratiekosten van bekeuringen die volgens Greenwheels als gevolg van dit gebruik zijn opgelegd, aan [naam 1] gefactureerd. Het totale bedrag van de twee facturen, € 2.273,12, is tot op heden niet betaald, aldus Greenwheels.
3.3.
ZEKER is het niet eens met de eis en voert het volgende aan. ZEKER betwist dat er op 21 september 2022 een overeenkomst tot stand is gekomen tussen Greenwheels en [naam 1]. ZEKER stelt dat [naam 1] slachtoffer is geworden van identiteitsfraude en dat zijn persoonsgegevens door een derde zijn misbruikt voor het sluiten van een overeenkomst met Greenwheels. Volgens ZEKER zijn daarbij onder meer de naam, geboortedatum en het bankrekeningnummer van [naam 1] misbruikt. Het e-mailadres [e-mailadres] dat op de overeenkomst vermeld staat en dat is gebruikt voor het ondertekenen van de overeenkomst via e-mandate, is volgens ZEKER niet van [naam 1]. ZEKER betwist dat bij het aangaan van de overeenkomst het rijbewijs van [naam 1] door Greenwheels geverifieerd is, dat [naam 1] een borgsom heeft betaald en dat [naam 1] de algemene voorwaarden heeft geaccepteerd. Volgens ZEKER heeft [naam 1] nooit gebruik gemaakt van een van de auto’s van Greenwheels.
3.4.
ZEKER betwist dat [naam 1] op enig moment een factuur of aanmaning heeft ontvangen van Greenwheels of diens gemachtigde. ZEKER stelt dat [naam 1] pas door ontvangst van de dagvaarding bekend is geraakt met het feit dat een derde met zijn persoonsgegevens een overeenkomst is aangegaan met Greenwheels. [naam 1] heeft daarom pas op 11 april 2024 aangifte gedaan van identiteitsfraude bij de politie.

4.De beoordeling

ZEKER treedt op als formele procespartij
4.1.
De goederen van [naam 1] zijn bij beschikking van 16 november 2022 onder bewind gesteld. Daarbij is ZEKER als bewindvoerder van [naam 1] aangesteld. De bewindvoerder treedt in een geding over een onder bewind gesteld goed op als formele procespartij ten behoeve van de rechthebbende (ECLI:NL:HR:2014:525). Greenwheels heeft op 27 maart 2024 [naam 1] gedagvaard en daarmee de verkeerde procespartij opgeroepen. De bewindvoerder heeft echter bij antwoord laten weten de procedure als formele procespartij over te nemen. De kantonrechter zal de bewindvoerder daarom als formele procespartij aanmerken. De vordering van Greenwheels wordt geacht te zijn gericht tegen ZEKER in haar hoedanigheid van bewindvoerder van [naam 1].
Geen betalingsverplichting
4.2.
De kantonrechter dient te beoordelen of ZEKER verplicht is tot betaling van de facturen aan Greenwheels. Greenwheels stelt zich daarvoor op het standpunt dat er op 21 september 2022 een overeenkomst tussen haar en [naam 1] tot stand is gekomen. ZEKER heeft dit gemotiveerd betwist. De bewijslast van de stelling dat er tussen partijen een overeenkomst is gesloten op grond waarvan ZEKER de facturen verschuldigd is, ligt bij Greenwheels (artikel 150 Rv).
4.3.
Uit de door Greenwheels overgelegde stukken blijkt dat er op 21 september 2022 een overeenkomst met Greenwheels online is ondertekend via e-mandate met de naam, geboortedatum en het bankrekeningnummer van [naam 1]. De achternaam in het e-mailadres dat op de overeenkomst staat vermeld en waarmee de overeenkomst is ondertekend, komt echter niet overeen met de achternaam van [naam 1]. Die omstandigheid tezamen met het feit dat [naam 1] op 11 april 2024 aangifte heeft gedaan van identiteitsfraude, zijn factoren die erop kunnen wijzen dat er inderdaad, zoals door ZEKER wordt gesteld, sprake is geweest van identiteitsfraude en dat een derde de persoonsgegevens van [naam 1] heeft misbruikt om een overeenkomst met Greenwheels aan te gaan.
4.4.
Greenwheels heeft geen nadere stukken overgelegd waaruit blijkt dat [naam 1] de overeenkomst zelf heeft gesloten. De overgelegde stukken bevatten geen bewijs van de rijbewijsverificatie, die volgens Greenwheels heeft plaatsgevonden, of van de borgsom, die volgens Greenwheels door [naam 1] zou zijn betaald bij het sluiten van de overeenkomst. Greenwheels heeft ter zitting aangeboden deze stukken alsnog in het geding te brengen. De kantonrechter is van oordeel dat Greenwheels in deze procedure ruimschoots de gelegenheid heeft gehad om haar stellingen te onderbouwen. ZEKER heeft op 28 mei 2024 bij antwoord al verweer gevoerd tegen de stellingen van Greenwheels en gemotiveerd betwist dat er op 21 september 2022 een overeenkomst tot stand is gekomen tussen Greenwheels en [naam 1]. Nu op Greenwheels als eisende partij de bewijslast rust, had het op de weg van Greenwheels gelegen om – naar aanleiding van het verweer van ZEKER – voor of uiterlijk tijdens de zitting van 2 oktober 2024 haar stellingen met nadere stukken te onderbouwen. Greenwheels heeft dit nagelaten. Het aanbod dat Greenwheels ter zitting heeft gedaan om alsnog deze stukken in het geding te brengen, is tardief en wordt daarom gepasseerd. Daarmee heeft Greenwheels niet voldaan aan de op haar rustende bewijslast.
4.5.
Gelet op het bovenstaande is de kantonrechter van oordeel dat niet is komen vast te staan dat er op 21 september 2022 een overeenkomst tot stand is gekomen tussen Greenwheels en [naam 1]. Dat betekent dat tevens niet is komen vast te staan dat ZEKER verplicht is tot betaling van de facturen die door Greenwheels gevorderd worden. Deze vordering wordt daarom afgewezen.
Buitengerechtelijke incassokosten en rente
4.6.
Omdat de door Greenwheels gevorderde hoofdsom wordt afgewezen, bestaat er geen aanleiding voor toewijzing van de daaraan gekoppelde rente en buitengerechtelijke incassokosten. Ook die vorderingen worden afgewezen.
Proceskosten
4.7.
De proceskosten komen voor rekening van Greenwheels omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Greenwheels aan ZEKER moet betalen op € 476,00 aan salaris voor de gemachtigde (twee punten x € 238,00) en € 119,00 aan nakosten. Dat is in totaal € 595,00. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend. De wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals hierna vermeld.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.8.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt Greenwheels in de proceskosten, die aan de kant van ZEKER in diens hoedanigheid van bewindvoerder van [naam 1] worden begroot op € 595,00 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag dat volledig is betaald;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.J.R. Van Tongeren en in het openbaar uitgesproken.
62828