ECLI:NL:RBROT:2023:8906
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van besluiten van de Vereniging van Eigenaren inzake kortetermijnverhuur en proceskostenveroordeling
In deze zaak heeft verzoeker, [verzoeker01], een verzoekschrift ingediend tot vernietiging van twee besluiten van de Vereniging van Eigenaren ([verweerster01]) die betrekking hebben op het gebruik van zijn appartement. De besluiten, genomen op 7 september 2022 en 26 januari 2023, verbieden kortetermijnverhuur via platforms zoals Airbnb. Verzoeker was aanwezig bij de vergadering van 26 januari 2023, maar diende zijn verzoekschrift pas in op 31 maart 2023, wat volgens de kantonrechter te laat was. De kantonrechter oordeelt dat de termijn voor het indienen van het verzoekschrift is gaan lopen op 27 januari 2023, de dag na de vergadering. Hierdoor is verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoeken.
De kantonrechter overweegt ook dat het verbod op kortetermijnverhuur niet in strijd is met het eigendomsrecht van verzoeker. De wetgeving en de splitsingsakte staan dergelijke beperkingen toe. De kantonrechter wijst erop dat kortetermijnverhuur als bedrijfsmatig gebruik van het appartement wordt beschouwd, wat niet is toegestaan onder de bestemming 'wonen' in de splitsingsakte. Verzoeker kan geen aanspraak maken op een vergoeding voor het niet kunnen verhuren van zijn appartement, aangezien hij zijn verzoek niet op de juiste wijze heeft ingediend. De proceskosten worden aan verzoeker opgelegd, en de beschikking wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.