Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 6 september 2023 waarin het mondelinge wrakingsverzoek en de gronden daarvan zijn vermeld en waaraan is gehecht het door verzoeker ter zitting ingediende handgeschreven schriftelijke wrakingsverzoek;
- de schriftelijke reactie van de rechter van 12 september 2023.
- advocaat mr. R.F. Nelisse (hierna: de advocaat);
- de rechter;
- [naam] en [naam] namens Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (hierna: de GI).
2.Het wrakingsverzoek
De vrouw heeft in bovenstaande procedures één dag voor de zitting, te weten op 5 september 2023 om 17.30 uur, nog stukken in het geding gebracht. Dit is veel te laat en daarbij zat volgens de rechter een verslag van Enver, dat verzoeker niet kende. De rechter had bij zorgvuldige lezing van het dossier moeten weten dat verzoeker niet over het rapport van Enver beschikte omdat dit in een begeleidend schrijven van de GI stond. De advocaat heeft de kinderrechter vrijwel direct hiervoor aandacht gevraagd, waarop haar antwoord was
“Ja ik kom straks bij u terug”.De rechter is een kwartier lang doorgegaan met de behandeling ter zitting, terwijl verzoeker en zijn advocaat niet over de stukken beschikten. Het gevolg hiervan was dat hetgeen besproken werd op de zitting grotendeels aan verzoeker en zijn advocaat voorbij is gegaan. Dat de rechter vooringenomen was blijkt verder uit haar opmerking
‘in het rapport van Enver staat dat de situatie bij moeder net goed genoeg is’. In het verslag staat dit echter niet en verzoeker kon dit niet weten of verifiëren, omdat hij niet over het verslag beschikte. Bovendien heeft de rechter verzoeker tijdens de mondelinge behandeling boos en oordelend aangekeken. De rechter heeft op grond van het voorgaande de schijn van partijdigheid op zich geladen, waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
3.De beoordeling
‘situatie bij moeder net genoeg is’kan naar het oordeel van de wrakingskamer evenmin worden afgeleid dat de rechter vooringenomen is jegens verzoeker. Weliswaar staat deze zin niet letterlijk in het eindverslag van Enver d.d. 3 juli 2023, doch het staat de rechter vrij om bij het voorhouden van stukken ter zitting de inhoud van deze stukken in haar eigen woorden samen te vatten waarop de procespartijen vervolgens kunnen reageren. Deze samenvatting van het rapport is niet zodanig onbegrijpelijk dat hieruit kan worden afgeleid dat de rechter hiermee een oordeel heeft gegeven over de verzoeken van de GI.