Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 juli 2023, met bijlagen;
- de e-mail van 8 augustus 2023, met bijlagen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 augustus 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonbron en een gedaagde die niet is verschenen. Woonbron, vertegenwoordigd door mr. M.W. Kox, vorderde ontruiming van een woning en betaling van achterstallige gebruiksvergoeding. De gedaagde, die sinds december 2022 in de woning verbleef na het overlijden van haar moeder, heeft geen gebruiksvergoeding betaald en is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling op 9 augustus 2023. De kantonrechter verleende verstek tegen de gedaagde en oordeelde dat de spoed van de zaak rechtvaardigde dat de eis in kort geding werd toegewezen. De rechter oordeelde dat het aannemelijk was dat de gedaagde in een bodemprocedure veroordeeld zou worden om de woning te ontruimen, en stelde een ontruimingstermijn van veertien dagen na de uitspraak vast.
Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van de achterstallige gebruiksvergoeding van € 4.755,68 en een toekomstige gebruiksvergoeding van € 601,28 per maand tot aan de ontruiming. De vordering van Woonbron om de kosten van de ontruiming te vergoeden werd afgewezen, omdat deze kosten niet vooraf begroot konden worden. De kantonrechter stelde de proceskosten aan de kant van Woonbron vast op € 1.145,85. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de gedaagde onmiddellijk aan de uitspraak moet voldoen, ondanks mogelijke hoger beroep. De rechter wees al het andere af.