ECLI:NL:RBROT:2023:8010

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 juli 2023
Publicatiedatum
5 september 2023
Zaaknummer
10607831 / VZ VERZ 23-7404
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wisselbeschikking inzake verzoek tot betaling van achterstallig arbeidsloon

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 28 juli 2023 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen [verzoeker], wonende in [woonplaats], en MSI Transport BV, gevestigd in Rotterdam. Het verzoekschrift van [verzoeker] is op 10 juli 2023 ingediend en betreft een vordering tot betaling van achterstallig arbeidsloon door MSI. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verzoeker] een verkeerd procesinleidend stuk heeft gebruikt, aangezien de vordering op grond van artikel 143 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bij exploot van dagvaarding aanhangig had moeten worden gemaakt. Hierdoor is de procedure niet ontvankelijk verklaard in de huidige vorm.

De kantonrechter heeft de procedure voortgezet als een dagvaardingsprocedure en [verzoeker] de gelegenheid gegeven om zijn stellingen aan te passen aan de toepasselijke procesregels. Tevens is [verzoeker] opgedragen om MSI bij exploot van dagvaarding op te roepen, met inachtneming van de wettelijke dagvaardingstermijn. De kantonrechter heeft een rolzitting vastgesteld op 11 oktober 2023 om 14:30 uur, waarbij [verzoeker] ervoor moet zorgen dat het exploot uiterlijk op de dag voor de rolzitting op de griffie is ingediend. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. W.J.J. Wetzels.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10607831 / VZ VERZ 23-7404
datum uitspraak: 28 juli 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
wonende in [woonplaats],
verzoeker,
gemachtigde: [naam] te Sliven (Bulgarije),
tegen
MSI Transport BV,
gevestigd in Rotterdam,
verweerster.
Partijen worden hierna ‘[verzoeker]’ en ‘MSI’ genoemd.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Op 10 juli 2023 is op de griffie van deze rechtbank een verzoekschrift van [verzoeker] ontvangen.

2.Het verzoek en de beoordeling daarvan

2.1.
De kantonrechter is op grond van artikel 69 Rv verplicht om - ook zonder een daartoe strekkend verweer - te onderzoeken of de procedure met het juiste procesinleidend stuk aanhangig is gemaakt. Als de kantonrechter vervolgens constateert dat de zaak op het verkeerde ‘spoor’ zit, moet hij de wissel omzetten en er zorg voor dragen dat de procedure wordt doorgeleid naar het juiste spoor.
2.2.
De inhoud van het verzoekschrift van [verzoeker] komt er - kort samengevat - op neer, dat hij vordert dat MSI achterstallig arbeidsloon aan hem moet betalen. De kantonrechter is van oordeel dat [verzoeker] deze vorderingen op grond van het bepaalde in artikel 143 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bij exploot van dagvaarding aanhangig had moeten maken.
2.3.
[verzoeker] heeft dan ook een verkeerd inleidend processtuk gebruikt. De procedure wordt - gelet op het bepaalde in artikel 69 Rv - voortgezet als een dagvaardingprocedure en [verzoeker] moet MSI alsnog bij exploot van dagvaarding oproepen. Bij die oproeping moet [verzoeker] een kopie van het bij de kantonrechter ingediende verzoekschrift en deze beschikking aan MSI laten meebetekenen. Voor informatie over het bij exploot laten oproepen van MSI kan [verzoeker] contact opnemen met het Juridisch Loket, een advocaat en/of een gerechtsdeurwaarder in Nederland..
2.4.
[verzoeker] wordt erop gewezen dat zijn verzoek niet-ontvankelijk wordt verklaard, als het uit te brengen exploot van oproeping niet uiterlijk op de dag vóór de hieronder vermelde rolzitting op de griffie is ingediend.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
beveelt dat de procedure in de stand waarin deze zich bevindt wordt voortgezet volgens de regels die gelden voor de dagvaardingsprocedure;
3.2.
stelt [verzoeker] daarbij in de gelegenheid om zijn stellingen zo nodig aan de op de dagvaardingsprocedure toepasselijke procesregels aan te passen;
3.3.
bepaalt dat de zaak op de rolzitting van
woensdag 11 oktober 2023 om 14:30 uurkomt;
3.4.
beveelt dat [verzoeker] MSI tegen de hiervoor genoemde dag en tijd - met inachtneming van de wettelijke dagvaardingstermijn - bij exploot oproept, onder betekening van deze beschikking en het verzoekschrift;
3.5.
bepaalt dat het door [verzoeker] te nemen processtuk uiterlijk op de dag voor de hiervoor genoemde rolzitting om 12:00 uur op de griffie moet zijn ontvangen;
3.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
38671