In deze zaak vorderen eisers, [eiser 1] en [eiser 2], vervangende schadevergoeding van gedaagde, Favori Keukens B.V., naar aanleiding van gebreken bij de levering en montage van een keuken. De keuken werd in november 2020 aangeschaft voor € 11.500,-, maar de montage die op 3 maart 2021 zou plaatsvinden, is niet naar behoren uitgevoerd. Eisers hebben een expert ingeschakeld die ernstige gebreken constateerde. Na herhaaldelijke verzoeken om herstel, hebben eisers op 14 februari 2023 besloten om af te zien van nakoming en in plaats daarvan een schadevergoeding van € 6.400,- te eisen, die is gebaseerd op herstelkosten en kosten van nog uit te voeren werkzaamheden. Tijdens de mondelinge behandeling op 6 juli 2023 heeft Favori erkend dat er gebreken waren, maar verzocht om een termijn van vier weken om deze op te lossen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Favori in verzuim is geraakt, omdat zij niet heeft voldaan aan de verzoeken van eisers om de gebreken te herstellen. De rechter heeft geoordeeld dat eisers recht hebben op vervangende schadevergoeding op basis van artikel 6:87 BW. De gevorderde schadevergoeding is uiteindelijk vastgesteld op € 4.500,-, na aftrek van een bedrag van € 1.900,- dat dubbel was gerekend in de expertiserapportage. Daarnaast zijn buitengerechtelijke incassokosten van € 695,75 toegewezen, evenals de proceskosten van in totaal € 1.033,14. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.