ECLI:NL:RBROT:2023:737

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 januari 2023
Publicatiedatum
3 februari 2023
Zaaknummer
10155588 VZ VERZ 22-13149
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • mr. drs. E. van Schouten
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging ontslag op staande voet en terugkeer naar werkplek na onterecht ontslag

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 24 januari 2023 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure waarin de bewindvoerder van [naam01] verzocht om het ontslag op staande voet door Mondial Fish B.V. te vernietigen. De werkgever, Mondial Fish, was niet verschenen op de zittingen, ondanks herhaalde uitnodigingen. De bewindvoerder stelde dat het ontslag niet rechtsgeldig was, omdat er geen dringende reden was gegeven en het ontslag niet onverwijld was meegedeeld. De kantonrechter oordeelde dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was, omdat Mondial Fish geen verweer had gevoerd en er geen bewijs was van een dringende reden. Hierdoor bleef de arbeidsovereenkomst tussen [naam01] en Mondial Fish bestaan. De kantonrechter heeft Mondial Fish veroordeeld om [naam01] binnen twee dagen na de uitspraak weer toe te laten tot de werkvloer en het gebruikelijke salaris te betalen vanaf 21 augustus 2022. Daarnaast is Mondial Fish veroordeeld in de proceskosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10155588 VZ VERZ 22-13149
datum uitspraak: 24 januari 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
Zonder Zorgen Advies en Bewindvoering, in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan
[naam01] ,
vestigingsplaats: Krimpen aan den Lek,
verzoekster,
gemachtigde: mr. M. El Idrissi,
tegen
Mondial Fish B.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
verweerster,
die niet is verschenen.
De partijen worden hierna ‘de bewindvoerder’ en ‘Mondial Fish’ genoemd. [naam01] , om wie het in deze procedure inhoudelijk gaat, zal hierna ‘ [naam01] ’ genoemd worden.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift, ingekomen op 18 oktober 2022, met producties;
  • het e-mailbericht van mr. M. El Idrissi van 5 december 2022, met twee uittreksels uit de Kamer van Koophandel van Mondial Fish;
  • het e-mailbericht van mr. M. El Idrissi van 21 december 2022, met een brief van de bewindvoerder van 21 december 2022.
1.2.
Op 1 november 2022 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken (samen met de zaak 10134327 VV EXPL 22-411). Daarbij waren aanwezig: [naam01] , mr. M. El Idrissi en [naam02] , tolk in het Arabisch/Jemenitisch. Namens Mondial Fish is niemand verschenen.
1.3.
Op 27 december 2022 is de zaak voor de tweede keer tijdens een mondelinge behandeling besproken. De bewindvoerder was daarbij vertegenwoordigd door Mr. M. El Idrissi. Namens Mondial Fish is wederom niemand verschenen.

2..De feiten

2.1.
[naam01] is op 1 juni 2022 in dienst getreden bij Mondial Fish in de functie van verkoper op basis van een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (oproepovereenkomst). De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor de duur van twaalf maanden.
2.2.
In de maanden juni en juli 2022 heeft [naam01] een bedrag van € 383,46 bruto aan salaris ontvangen en € 30,68 aan vakantiegeld.
2.3.
Op 30 juli 2022 is [naam01] op het werk door een collega aangevallen en met een mes in het achterhoofd gesneden. [naam01] heeft hiervan aangifte gedaan.
2.4.
Op 21 augustus 2022 is [naam01] door Mondial Fish ontslagen.
2.5.
In de uitspraak van 15 november 2022 (zaaknummer: 10134327 VV EXPL 22-411) heeft de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam in een kortgedingprocedure Mondial Fish onder andere veroordeeld om [naam01] weer toe te laten tot zijn werkplek en zijn salaris te betalen vanaf 1 augustus 2022.

3..Het geschil

3.1.
Primair verzoekt de bewindvoerder, samengevat, om bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad, het gegeven ontslag op staande voet te vernietigen en Mondial Fish te veroordelen en te bevelen om binnen twee dagen na het wijzen van de beschikking:
[naam01] toe te laten tot de werkvloer ten einde de gebruikelijke werkzaamheden te verrichten, op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag, en Mondial Fish te veroordelen het gebruikelijke salaris vanaf 21 augustus 2022 tot einde dienstverband op gebruikelijke wijze te voldoen;
te betalen de wettelijke rente over de onder a. genoemde kosten vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag van algehele voldoening.
Subsidiair verzoekt de bewindvoerder, samengevat, om bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad, Mondial Fish te veroordelen:
tot betaling van een billijke vergoeding ter hoogte van € 1.500,-;
tot betaling van € 3.934,33 bruto (inclusief vakantietoeslag) aan vergoeding wegens onregelmatige opzegging (artikel 7:677 lid 2 BW);
tot betaling van de transitievergoeding ter hoogte van € 46,- bruto;
om aan [naam01] schriftelijke en deugdelijke netto/bruto specificaties te verstrekken waarin de bedragen en betalingen onder a. tot en met c. zijn verwerkt, op straffe van een dwangsom van € 100,- per dag, met een maximum van € 10.000,-;
tot betaling van de wettelijke rente over de onder a. tot en met c. gevorderde bedragen vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag van algehele voldoening.
Daarnaast verzoekt de bewindvoerder om Mondial Fish te veroordelen in de kosten van de procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2.
De bewindvoerder legt aan het verzoek het volgende ten grondslag. Mondial Fish heeft geen grond (dringende reden) gegeven om [naam01] op staande voet te ontslaan, en dit ontslag is ook niet onverwijld gegeven, zodat er sprake is van een ongeldig ontslag op staande voet. [naam01] moet weer worden toegelaten tot de werkvloer en zijn salaris ontvangen. Subsidiair berust de bewindvoerder in het ontslag op staande voet van [naam01] , en maakt zij aanspraak op diverse vergoedingen.
3.3.
Mondial Fish is niet verschenen en heeft geen verweer gevoerd.

4..De beoordeling

Bewindvoerder is de formele procespartij
4.1.
Het verzoekschrift is op 18 oktober 2022 ingediend door [naam01] . Omdat tijdens de mondelinge behandeling van 1 november 2022 is gebleken dat hij onder bewind staat, is [naam01] in de gelegenheid gesteld om zijn bewindvoerder de procedure over te laten nemen. De bewindvoerder heeft bij brief van 21 december 2022 de kantonrechter bericht dat zij de procedure van [naam01] overneemt. Dit betekent dat de bewindvoerder de (formele) procespartij en verzoekster is geworden. [naam01] kan feitelijk worden beschouwd als “de materiële procespartij”, degene om wie de zaak inhoudelijk gaat.
Mondial Fish is niet verschenen
4.2.
Mondial Fish is niet verschenen op de mondelinge behandeling van 1 november 2022. De kantonrechter heeft vervolgens (conform artikel 2.2.8. van het Landelijk procesreglement verzoekschriften rechtbanken, kanton) de bewindvoerder in de gelegenheid gesteld om een uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel over te leggen dat niet ouder is dan de datum van de oproepingsbrief. Bij e-mailbericht van 5 december 2022 heeft mr. M. El Idrissi aan de griffier een uittreksel van 9 november 2022 en 5 december 2022 toegestuurd. De kantonrechter heeft daarna een tweede mondelinge behandeling bepaald op 27 december 2022. Mondial Fish is voor die zitting opgeroepen per aangetekende brief van 6 december 2022, verzonden naar het vestigingsadres van Mondial Fish aan de [adres01] te [plaats01] (conform het KvK-uittreksel van 5 december 2022). Tevens is een kopie van deze oproepingsbrief per aangetekende brief verzonden aan de Stichting [bedrijf01] (de enige aandeelhouder en bestuurder van Mondial Fish) op het adres [adres02] te [plaats02] . Mondial Fish is daarmee naar behoren opgeroepen, maar is desondanks niet verschenen. Dit betekent dat er geen verweer van Mondial Fish bekend is. Bij gebreke van een verweer tegen de verzoeken en op basis van de door de bewindvoerder overgelegde stukken wordt in rechte in beginsel uitgegaan van de juistheid van de stellingen van de bewindvoerder.
Het ontslag op staande voet is niet rechtsgeldig gegeven
4.3.
De bewindvoerder stelt dat [naam01] op 21 augustus 2022 op staande voet is ontslagen, omdat Mondial Fish op die dag aan [naam01] heeft laten weten dat hij niet meer welkom is op de werkvloer en dat hij ontslagen is. Dit ontslag is volgens de bewindvoerder niet rechtsgeldig, omdat Mondial Fish geen (dringende) reden voor het ontslag heeft gegeven. Zelf denkt [naam01] dat zijn ontslag te maken heeft met de mishandeling van hem door een collega op 30 juli 2022. Tijdens de mondelinge behandeling op 1 november 2022 heeft [naam01] hieraan toegevoegd dat ook een reden kan zijn dat Mondial Fish geen geld meer heeft, of dat het iets te maken kan hebben met de verschillende stromingen binnen de Islam. De bewindvoerder heeft het verzoek van [naam01] overgenomen en meent voorts dat, mocht Mondial Fish zich op het standpunt stellen dat de dringende reden te maken heeft met het incident van 30 juli 2022, het ontslag ook niet onverwijld is gegeven, zodat het ook daarom geen stand houdt.
4.4.
Van een rechtsgeldig ontslag op staande voet is sprake wanneer zich een dringende reden voordoet en die dringende reden ook onverwijld is meegedeeld. Mondial Fish heeft volgens de bewindvoerder geen dringende reden aan het ontslag ten grondslag gelegd. Mondial Fish is in deze procedure niet verschenen en heeft dit niet weersproken. Nu ook uit de overige stukken niets blijkt van een dringende reden is het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig gegeven. [naam01] heeft weliswaar allerlei mogelijk redenen voor het ontslag genoemd, maar het is Mondial Fish die bij betwisting van de dringende reden deze aannemelijk moet maken. Dat is niet gebeurd. Omdat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is gegeven, hoeft niet verder op de onverwijldheid te worden ingegaan, en zal het verzoek van de bewindvoerder om dit ontslag te vernietigen worden toegewezen.
Mondial Fish moet [naam01] weer toelaten tot de werkvloer
4.5.
Het gevolg van het vernietigen van het ontslag op staande voet is dat de arbeidsovereenkomst tussen Mondial Fish en [naam01] niet is geëindigd en dus nog voortduurt. Het verzoek van de bewindvoerder om [naam01] weer toe te laten tot de werkvloer, zodat hij zijn gebruikelijke werkzaamheden weer kan verrichten, zal daarom worden toegewezen als in het onderstaande vermeld. De door [naam01] hieraan verbonden dwangsom zal worden toegewezen in gematigde en gemaximeerde vorm.
Mondial Fish moet het loon weer betalen
4.6.
De bewindvoerder vordert daarnaast dat Mondial Fish wordt veroordeeld om het gebruikelijke salaris vanaf 21 augustus 2022 tot het einde dienstverband aan [naam01] te voldoen. Dit verzoek zal ook worden toegewezen. Het gebruikelijke salaris is volgens de bewindvoerder € 383,46 bruto per maand, te vermeerderen met € 30,68 vakantietoeslag, zodat dat bedrag zal worden toegewezen. De hierover gevorderde wettelijke rente is eveneens toewijsbaar vanaf het moment dat de salarisbedragen opeisbaar (zijn ge)worden.
Aan de subsidiaire verzoeken wordt niet meer toegekomen
4.7.
Op de subsidiaire verzoeken van de bewindvoerder hoeft, gezien het bovenstaande, niet meer beslist te worden.
Mondial Fish wordt veroordeeld in de proceskosten
4.8.
Mondial Fish krijgt voor het grootste deel ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen (artikel 237 Rv). De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van de bewindvoerder tot vandaag vast op € 86,- aan griffierecht en € 498,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit is totaal € 584,-. Voor kosten die de bewindvoerder maakt na deze uitspraak moet Mondial Fish een bedrag betalen van € 124,-. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In dit vonnis hoeft hierover niet apart te worden beslist (ECLI:NL:HR:2022:853). De wettelijke rente wordt toegewezen als hieronder vermeld.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.9.
Deze uitspraak wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv).

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
vernietigt het door Mondial Fish op 21 augustus 2022 aan [naam01] gegeven ontslag op staande voet;
5.2.
beveelt en veroordeelt Mondial Fish om [naam01] , binnen twee dagen na betekening van deze beschikking, toe te laten tot zijn werkplek zodat hij zijn gebruikelijke werkzaamheden kan verrichten, op straffe van een dwangsom van € 250,- per dag voor iedere dag of een gedeelte daarvan dat Mondial Fish hiermee in gebreke blijft, met een maximum van € 7.000,-;
5.3.
veroordeelt Mondial Fish om aan [naam01] vanaf 21 augustus 2022 tot het moment dat het dienstverband eindigt, te voldoen het gebruikelijke salaris op de gebruikelijke wijze, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment van opeisbaarheid van de salarisbedragen tot het moment van algehele betaling;
5.4.
veroordeelt Mondial Fish in de proceskosten die aan de kant van de bewindvoerder tot vandaag worden vastgesteld op € 584,-, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van deze beschikking tot de dag van volledige betaling;
5.5.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst al het anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. drs. E. van Schouten en in het openbaar uitgesproken.
31688