Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[eiser01] ,
[eiser02],
1..Kern van de zaak
2..Het procesverloop
- de dagvaarding;
- de akte overleggen productie, met producties 1 tot en met 11;
- de door [eisers01] overgelegde beslagstukken;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties 1 en 2;
- de brief van de rechtbank van 16 november 2022 waarin partijen worden opgeroepen voor een mondelinge behandeling;
- de brief van de rechtbank van 4 januari 2023 met een zittingsagenda met onder andere vragen voor de mondelinge behandeling van 16 februari 2023;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 12 tot en met 14;
- de pleitaantekeningen van mr. De Haij;
- de spreeknotitie van mr. Berndsen;
- de mondelinge behandeling van 16 februari 2023, waaraan door [gedaagde01] en mr. Berndsen digitaal is deelgenomen.
3..De feiten
Wij zijn met de overbrugging bezig voor een bedrag van € 1.260.000,00, maar dat gaat niet via de huidige financier. Zijn met een 2de financier bezig voor de overbrugging en hebben contact met elkaar”.
er geen andere inkomensgegevens zijn, dan de verstrekte inkomens”. Vervolgens zijn deze e-mails door de makelaar van [gedaagde01] op 5 augustus 2022 naar de makelaar van [eisers01] gestuurd met de opmerking: “
Wij hopen zo aan de voorwaarden te hebben voldaan”.
- “Wij hebben via de Graaf & Partners [rechtbank: de hypotheekadviseur van [gedaagde01] ] een hypotheek offerte aangevraagd, op basis van een inkomen en bezit. het inkomen betreft € 44.000,00 met een aankoopwaarde van het pand van € 1.200.000,00.
- De aanvraag betrof een hypotheek op basis van het inkomen en het restant, na verkoop van twee huidige panden op basis van overwaarde van het aan te kopen pand.
- Haar huidige woningen zouden worden verkocht, dit betreft een woning aan […] verkoopwaarde circa € 850.000,00 met een op dit moment, via een private investor, een openstaande hypotheek van € 337.000,00 en een woning gelegen […] met een verkoopwaarde van circa € 350.000,00 met en nog openstaande hypotheek van € 112.000,00 (incl. spaardeel).
- ASR heeft via de Graaf &Partners laten weten geen hypotheek te kunnen verstrekken.
- Dat is ook aan u doorgegeven.
- Wij zijn daarop via een private investor bezig gegaan om de hypotheek te regelen.
- De private investor gaf aan het geheel te zullen bekijken en het mij te laten weten.
- De ontbindende voorwaarden liepen per 4 augustus 2022 af.
- De investor was t/m 6 augustus met vakantie en was zeker geïnteresseerd In de verstrekking van een geldlening/hypotheek, maar kon deze pas vanaf 6 augustus oppakken.
- Wij hebben [naam03] verzocht met u in contact te treden en uitstel van de overeengekomen 4 augustus naar 11 augustus te willen regelen.
- [naam03] kwam terug dat er een geen uitstel tot en met 11 augustus werd gegeven.
- Wij hebben medegedeeld dat de investor met vakantie is en in zijn vakantie niets kon/wil doen hierop is teruggekomen dat er geen uitstel mogelijk was.
- Wij zijn daarna nog verschillende malen met de investor in contact getreden, waarbij hij aangaf dat er verpandingsaktes gemaakt moesten worden van de 2 huizen en een geldlening/hypotheek op het nieuwe huis gemaakt moesten worden en hij dat niet in zijn vakantie ging regelen.
- Doordat er geen uitstel door de verkopers werd gegeven ben ik hem blijven bellen om het voor 4 augustus geregeld te krijgen.
- Het laatste telefoontje met hem was dat hij dit niet in zijn vakantie ging doen en dat de druk die ik er op zetten om het voor 4 augustus geregeld te krijgen, dit zeker niet prettig vond en het dan maar over was.
- Wij hebben aan [naam03] doorgegeven dat omdat er geen week uitstel kon worden gegeven het geheel niet gedaan kon worden en wij een contact hebben verloren met onze investor, waar wij zeker niet blij mee zijn.
- Wij hebben [naam03] verzocht dit aan u door te geven.
- De afwijzing door ASR en de afwijzing door de investor is aan u doorgegeven.
- (…)
- De investor heb ik gesproken en was zeer verbolgen over het feit dat ik hem in zijn vakantie ben blijven storen en geeft aan geen interesse te hebben het nu nog te regelen.
Client heeft er alles aan gedaan om het geregeld te krijgen. Client heeft aan de voorwaarden van de overeenkomst voldaan en vertrouwen er dan ook op dat het daarmee is opgehelderd”.
4..Het geschil
in conventie
€ 120.002,50 te doen stellen, dan wel voor dat bedrag een waarborgsom te storten op de derdengeldrekening van de notaris;
- om binnen 48 uur het op 25 augustus 2022 gelegde beslag op de woning op te heffen op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag en [eisers01] te veroordelen in de kosten van dit geding;
- tot vergoeding van alle schade, welke [gedaagde01] direct en indirect ten gevolge van het onrechtmatig beslag heeft geleden, een en ander op te maken bij staat.
5..De beoordeling
in conventie
goed gedocumenteerd” zijn en moet [gedaagde01] “
al het redelijk mogelijke” hebben gedaan om de financiering te verkrijgen. Artikel 15 bevat daarmee enerzijds een documentatieverplichting en anderzijds een inspanningsverplichting.
dat één afwijzing van een erkende geldverstrekkende bankinstelling” voldoet. Bij e-mail van 2 augustus 2022 is de ontbinding namens [gedaagde01] ingeroepen en de ontbinding is vervolgens op 5 augustus 2022 toegelicht met het bericht van ASR. De mededeling kon ingevolge artikel 15.3 van de overeenkomst uiterlijk op 5 augustus 2022 worden gedaan, zijnde de 1e werkdag na de uiterste datum waarop de ontbindende voorwaarde kon worden ingeroepen (4 augustus 2022). De mededeling is daarom tijdig gedaan. De ratio van het goed gedocumenteerd zijn van de afwijzing is dat [eisers01] zich een goed beeld kunnen vormen of er terecht en niet te lichtvaardig een beroep op de ontbindende voorwaarde wordt gedaan. Anders dan [eisers01] stellen, volgt naar het oordeel van de rechtbank uit het bericht van ASR dat zij [gedaagde01] geen hypotheek zal verstrekken. Dat ASR in haar bericht ook een vraag stelt of er nog andere inkomstenbronnen zijn, maakt dit niet anders. [gedaagde01] heeft de tekst van de afwijzing van ASR immers niet zelf in de hand. Uit die enkele vraag van ASR kan, gezien de overige inhoud van het bericht, niet afgeleid worden dat geen sprake was van een afwijzing.
groot te kort op inkomen”. Ter zitting is namens [gedaagde01] verklaard dat zij niet beschikte over andere bronnen van inkomsten en dat zij het huis alleen kocht. Ook is ter zitting namens [gedaagde01] verklaard dat het restant van de koopprijs van € 1.200.025,00, van ruim € 600.000,00, gefinancierd zou moeten worden uit de verkoop van twee woningen van haar. De opbrengst daarvan kon dus niet worden aangewend voor de financiering door ASR.
LJNAZ6638,
NJ2007/262 (
Intrahof/Bart Smit). Een boete is niet al buitenproportioneel omdat zij mogelijk hoger is dan de daadwerkelijke schade die de schuldeiser heeft geleden.
2.366,00(2,0 punten × tarief € 1.183,00)