Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 23 januari 2023, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de spreekaantekeningen van mr. Hack.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert de eiser, [eiser01], op basis van de polisvoorwaarden van zijn all-risk verzekering bij Achmea Schadeverzekeringen N.V. een extra vergoeding van 10% van de dagwaarde van zijn Porsche Macan, die total loss is verklaard na een ongeval. De eiser stelt dat hij recht heeft op een bedrag van € 10.500,-, omdat aan de voorwaarden voor deze extra vergoeding is voldaan. Achmea betwist echter de aanspraak van de eiser, omdat er onvoldoende bewijs is geleverd van de aanschafwaarde van de Porsche, die volgens de eiser meer dan € 50.000,- zou zijn geweest.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de eiser verklaard dat hij de Porsche voor € 65.000,- heeft gekocht, maar deze stelling is niet onderbouwd met bewijsstukken. De kantonrechter oordeelt dat de eiser niet voldoende heeft aangetoond dat hij de Porsche voor meer dan € 50.000,- heeft aangeschaft. De kantonrechter wijst de vordering van de eiser af, omdat de dagvaarding geen concrete aanschafprijs vermeldt en de eiser geen bewijs kan leveren van de aankoop, aangezien de auto via een tussenpersoon contant is betaald zonder schriftelijke documentatie.
De kantonrechter legt uit dat de argumenten van de eiser over de nieuwwaarde en BPM niet voldoende zijn om de aanschafwaarde te onderbouwen. De kantonrechter concludeert dat de eiser niet in zijn bewijslevering kan worden toegelaten en dat hij de proceskosten moet betalen, die aan de kant van Achmea zijn vastgesteld op € 792,-. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.