Op 15 februari 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind01]. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van [naam kind01], die sinds 14 februari 2022 onder toezicht staat, verlengd voor de duur van zes maanden, tot 25 augustus 2023. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft het verzoek tot verlenging ingediend, omdat de omgang tussen de vader en [naam kind01] sinds augustus 2022 niet meer plaatsvond. De ouders gaven verschillende redenen voor het stopzetten van de bezoekregeling, wat leidde tot onduidelijkheid voor [naam kind01]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de vader zich niet aan de afspraken houdt en dat dit schadelijk is voor de ontwikkeling van [naam kind01]. De kinderrechter heeft de GI verzocht om de regie te voeren over de omgangsregeling en om te rapporteren over de voortgang van de situatie.
Tijdens de zitting is het standpunt van de moeder en de vader naar voren gebracht. De moeder heeft geen bezwaar tegen de verlenging van de ondertoezichtstelling, maar pleit voor een kortere duur van zes maanden in plaats van een jaar. De vader heeft aangegeven dat hij contact wil met [naam kind01], maar dat dit zorgvuldig moet gebeuren. De kinderrechter heeft de zorgen van de moeder over de situatie van [naam kind01] en de omgang met de vader meegewogen in zijn beslissing. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft om de ontwikkeling van [naam kind01] te waarborgen en om de communicatie tussen de ouders te verbeteren. De kinderrechter heeft de beslissing mondeling uitgesproken en de verdere behandeling van het verzoek van de GI aangehouden tot een latere zittingsdatum.