Op 13 januari 2023 vond een zitting plaats bij de Rechtbank Rotterdam in de zaak van de Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht betreffende een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De kinderrechter, mr. T. van den Akker, heeft een spoedverzoek tot gesloten plaatsing toegewezen voor de duur van vier weken. Tijdens de zitting zijn de minderjarige, haar moeder, een vertegenwoordiger van de Raad en een vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond gehoord. De minderjarige heeft aangegeven dat het redelijk goed gaat sinds haar medicatie is verlaagd naar 10 mg. Ze heeft echter ook zorgen geuit over de negatieve verhalen die ze op internet heeft gelezen en haar voorkeur uitgesproken om naar huis te gaan of naar het Leo Kannerhuis te verhuizen.
De advocaat van de minderjarige heeft verzocht om de machtiging voor gesloten jeugdhulp niet te verlengen en het verzoek van de Raad aan te houden. Er is een medicijnlijst overlegd, waaruit blijkt dat het voorgeschreven medicijn Citalopram niet geschikt is voor kinderen onder de 18 jaar vanwege de risico's op zelfmoordgedachten en vijandigheid. De moeder steunt het standpunt van de minderjarige en haar advocaat, en geeft aan dat de gedragsverandering van de minderjarige samenhangt met het medicatiegebruik.
De kinderrechter heeft besloten de spoedbeslissing in stand te houden, maar het overige verzoek aan te houden tot 3 februari 2023. De kinderrechter heeft aangegeven dat het van belang is om de invloed van de medicatie op het gedrag van de minderjarige te onderzoeken en heeft de gecertificeerde instelling verzocht om alternatieven voor gesloten plaatsing te onderzoeken. De zaak zal op 3 februari 2023 opnieuw worden behandeld, waarbij de kinderrechter verwacht dat er een nieuwe instemmingsverklaring wordt ingediend die specifiek ingaat op het medicatiegebruik.