ECLI:NL:RBROT:2023:4523
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure over naheffingsaanslag parkeerbelasting en uitvoeringshandelingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 25 mei 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over een naheffingsaanslag in de parkeerbelastingen die aan eiseres was opgelegd door de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam. De naheffingsaanslag, opgelegd op 27 oktober 2021, bedroeg in totaal € 67,06, bestaande uit € 1,76 aan verschuldigde parkeerbelasting en € 65,30 aan kosten van naheffing. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen deze beschikking, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard bij uitspraak op bezwaar op 8 februari 2022. Hierop heeft eiseres beroep ingesteld bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 13 april 2023 heeft eiseres aangevoerd dat zij de parkeerbelasting later had voldaan omdat de parkeer-app Parkmobile een storing aangaf. Eiseres stelde dat zij, na een slechte verbinding, pas 13 minuten na de naheffingsaanslag de parkeerbelasting had voldaan. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiseres niet onverwijld uitvoeringshandelingen heeft verricht, aangezien er voldoende andere mogelijkheden waren om aan de betaalverplichting te voldoen, zoals het gebruik van een parkeerautomaat.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de parkeer-app niet functioneerde op het moment van parkeren, maar dat dit voor rekening en risico van eiseres komt. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder de intentie om te betalen en de verwijzing naar andere uitspraken, niet geaccepteerd. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond verklaard, en de naheffingsaanslag als terecht opgelegd beoordeeld. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.