ECLI:NL:RBROT:2023:4521
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure over naheffingsaanslag parkeerbelasting en proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 30 mei 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over een naheffingsaanslag in de parkeerbelastingen. Eiser, vertegenwoordigd door mr. M. Lagas, had een naheffingsaanslag van € 67,00 ontvangen van de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam, verweerd door mr. D. El Manouzi. De naheffingsaanslag was opgelegd op 16 december 2020, maar werd door verweerder op 8 juni 2021 vernietigd. Eiser stelde echter dat er ten onrechte geen proceskostenvergoeding was toegekend in het bestreden besluit.
De rechtbank heeft het beroep van eiser op 10 maart 2023 behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde niet verschenen. De rechtbank oordeelde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd, omdat eiser zijn auto had geparkeerd zonder de juiste parkeerbelasting te betalen. Eiser had een bezoekersvergunning voor een andere zone aangemeld, wat leidde tot de naheffingsaanslag. De rechtbank concludeerde dat de verantwoordelijkheid voor het correct aanmelden van de bezoekersvergunning bij eiser lag en dat er geen sprake was van een aan verweerder te wijten onrechtmatigheid.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen proceskostenvergoeding toegekend, omdat de naheffingsaanslag niet het gevolg was van een fout van de gemeente. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.