In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 21 februari 2023, is het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming om [naam kind01] en [naam kind02] onder toezicht te stellen toegewezen. De ouders van de kinderen, die in een conflictueuze situatie verkeren, communiceren niet meer met elkaar, wat leidt tot een ernstige ontwikkelingsbedreiging voor de kinderen. De Raad heeft aangegeven dat het vrijwillige kader voor hulpverlening niet toereikend is en dat er een hevige strijd tussen de ouders is, wat de kinderen belast. Tijdens de mondelinge behandeling zijn zowel de moeder als een vertegenwoordiger van de Raad aanwezig geweest, terwijl de vader niet is verschenen, ondanks een behoorlijke oproep.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de kinderen ernstig in hun ontwikkeling worden bedreigd door de onderlinge strijd tussen de ouders en de zorgen over de thuissituatie. De moeder heeft ingestemd met het verzoek van de Raad en benadrukt de noodzaak van hulpverlening voor de kinderen en verbetering van de communicatie tussen de ouders. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat een ondertoezichtstelling noodzakelijk is om de belangen van de kinderen te waarborgen en om hulpverlening in te zetten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de ondertoezichtstelling is vastgesteld voor de duur van twaalf maanden, van 21 februari 2023 tot 21 februari 2024.
De kinderrechter heeft ook opgemerkt dat er in het Raadsrapport ongefundeerde beschuldigingen over de vader zijn opgenomen, die niet hadden moeten worden vermeld. Dit benadrukt het belang van een evenwichtige benadering van de perspectieven van beide ouders in de jeugdbescherming. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.