Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De (verdere) procedure
- het vonnis van 23 september 2022, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de e-mail van mr. Smallenbroek met één bijlage.
- [eiser01] met mr. Smallenbroek;
- namens [gedaagde01] de heer [naam01] (directeur) met mr. Roepel.
2.De (verdere) beoordeling
te vernietigen. Wel kan de kantonrechter worden gevraagd om een beslissing te geven over een punt waarover de huurcommissie om een uitspraak was verzocht. Dat is de manier om de fictieve wilsovereenstemming tussen partijen (waarvan in artikel 7:262 lid 1 BW wordt uitgegaan) te doen vervallen.
tenzijeen van partijen tijdig een beslissing vraagt aan de kantonrechter over het punt waarover de huurcommissie om een uitspraak was verzocht (artikel 7:262 lid 1 BW). [eiser01] heeft met zijn (inmiddels ingetrokken) eis kennelijk de bedoeling gehad een beslissing te vragen aan de kantonrechter over een punt waarover de huurcommissie om een uitspraak is verzocht, maar hij heeft dat niet op de juridisch juiste manier geformuleerd en ook niet tijdig veranderd in een wel correcte formulering van de eis.
vanaf20 februari 2023 en verder.