Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[handelsnaam01],
[handelsnaam02],
1..De procedure
- de dagvaarding van 5 september 2022, met bijlagen;
- de aantekeningen van het mondelinge antwoord;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de brief van 30 januari 2023 van [eiser01] , met bijlage;
- de akte uitlating gemaakte kosten tevens overlegging facturen van [eiser01] , met bijlagen;
- de aantekeningen van de mondelinge akte van [gedaagde01] , met bijlagen;
- de akte uitlating ingediende stukken van [eiser01] .
2..De feiten
3..Het geschil
- [gedaagde01] te veroordelen aan hem te betalen € 17.679,50 met rente over een bedrag van € 15.925,00;
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4..De beoordeling
niettot de oorspronkelijke opdracht behoorden. Het had vervolgens op de weg van [gedaagde01] gelegen om concreet te maken welke werkzaamheden hij buiten de opdracht om heeft verricht en welke kosten daarmee waren gemoeid. Dat heeft [gedaagde01] niet gedaan.
vervangendeschadevergoeding bestaat uit de waarde van de uitgebleven prestatie. De prestatie die is uitgebleven, is het deugdelijk afronden van de tegelwerkzaamheden. Om de tegelwerkzaamheden deugdelijk af te ronden, had [gedaagde01] de gebreken moeten herstellen die [bedrijf01] in haar rapport heeft beschreven in haar bevindingen a tot en met f. De waarde van de uitgebleven prestatie staat dus gelijk aan de kosten die [eiser01] heeft moeten maken voor het herstellen van die gebreken.
aanvullendeschadevergoeding bestaat uit de kosten die [eiser01] heeft moeten maken voor het (laten) herstellen van de vloerverwarming (bevinding g van [bedrijf01] ) en de entree (bevinding h van [bedrijf01] ).