2.4.In het tussenvonnis van 24 juni 2022 is [naam03] , werkzaam bij Stichting Kennis- en Adviescentrum Dierplagen tot deskundige benoemd. Aan hem zijn de volgende vragen ter beantwoording voorgelegd:
Is in het gehuurde daadwerkelijk sprake van een muizenplaag?
Als het antwoord op de vraag onder 1. bevestigend luidt, hoe ernstig is die muizenplaag dan (in vergelijking tot de situatie in het gebied rondom het gehuurde, voor zover de deskundige daarmee bekend is)?
In welke mate kan de muizenplaag eventueel aan bewonersgedrag en/of de bouwkundige situatie van het gehuurde worden toegerekend?
Op welke wijze kan de muizenplaag worden bestreden en welke kosten zullen met die bestrijding gemoeid zijn?
Is bij oudbouw uit te sluiten dat muizen in het geheel geen toegang hebben tot een pand?
Kan een plaag ontstaan wanneer muizen via de buitenzijde van een pand en een openstaand raam en/of balkondeur toegang tot een woning hebben?
Bent u van oordeel dat gezien de mate van overlast die veroorzaakt wordt door de muizen/de muizenplaag er sprake is van een woning die al dan niet aan nationaal gangbare minimale eisen voldoet om door een gezin (moeder met kinderen) bewoond te kunnen worden?
Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de kantonrechter volgens u kennis moet nemen bij de verdere beoordeling?
Het uiteindelijke onderzoek is door [naam04] (ook werkzaam bij Stichting Kennis- en Adviescentrum Dierplagen) uitgevoerd, omdat [naam03] inmiddels niet meer werkzaam was bij de Stichting. [naam04] heeft ook het deskundigenrapport van 28 oktober 2022 opgesteld.
De bevindingen van de deskundige.