Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 januari 2023, met bijlagen;
- de pleitnota van mr. Van den Hoven;
- de tijdens de mondelinge behandeling door mr. Van den Hoven overgelegde foto’s.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die op 28 februari 2023 door de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. G.J. van den Hoven, een loonvordering ingesteld tegen Dokzuid B.V., die niet is verschenen. Eiser vordert betaling van achterstallig salaris, wettelijke verhogingen, wettelijke rente, een transitievergoeding en buitengerechtelijke incassokosten. Eiser heeft tot 1 december 2022 als chef-kok voor Dokzuid gewerkt en stelt dat hij vanaf september 2021 stelselmatig te lage salarisbedragen heeft ontvangen, met enkele maanden waarin geen salaris is betaald. Ondanks meerdere sommaties heeft Dokzuid niet betaald.
Tijdens de mondelinge behandeling op 7 februari 2023 was eiser aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde. De vertegenwoordiger van Dokzuid, de heer [naam01], was ook aanwezig, maar kon geen uittreksel van de Kamer van Koophandel overleggen waaruit zijn bevoegdheid bleek. De kantonrechter heeft daarom verstek verleend tegen Dokzuid, wat betekent dat de rechter geen rekening kan houden met de verklaringen van de vertegenwoordiger van Dokzuid.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eis van eiser gedeeltelijk toewijsbaar is. De wettelijke verhoging is toegewezen, maar gematigd tot 10%. De wettelijke rente over het achterstallige salaris is toegewezen vanaf de dag van opeisbaarheid. De transitievergoeding is afgewezen, omdat deze via een verzoekschrift moet worden aangevraagd. Dokzuid is veroordeeld in de proceskosten van eiser, die in totaal € 1.354,29 bedragen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.